IN EEN SPORTCLUB
OPRICHTEN VAN EEN G-AFDELIG IN EEN SPORTCLUB
OPRICHTEN VAN EEN
G-AFDELING
OPRICHTEN VAN EEN
G-AFDELING IN EEN SPORTCLUB
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
Oprichten van een G-afdeling in een sportclub
1
4
HOOFDSTUK 1
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
Colofon
Voorwoord
Deze brochure werd samengesteld door de Provinciale Sportdiensten van Antwerpen,
Sporten en bewegen maakt voor veel personen deel uit van de vrijetijds-
Limburg, Oost-Vlaanderen, Vlaams-Brabant, West-Vlaanderen en de Vlaamse Gemeen-
besteding. Regelmatige sportbeoefening is niet alleen goed voor de con-
schapscommissie in samenwerking met het Bloso, Psylos, Recreas, de Vlaamse Liga
ditie en gezondheid, bovendien worden ook sociale contacten gelegd tij-
Gehandicaptensport en de VTS. Redactie Vera Adams (Provinciale Sportdienst Antwerpen), Katrien De Clercq (Provinciale
dens en na de activiteiten. Voor iedereen, ook voor personen met een handicap, is sportparticipatie in vele opzichten nuttig en zinvol!
Sportdienst Oost-Vlaanderen), Lieve Callens (Provinciale Sportdienst Vlaams-Brabant), Erika De Brabant (Provinciale Sportdienst West-Vlaanderen), Valentine Tack (Sportdienst Vlaamse
Iedere persoon heeft het recht om een levensstijl te beleven die in zijn/haar
Gemeenschapscommissie), Nicole Bossaerts (BLOSO/VTS), Joël Vekemans (Psylos), Kevin
cultuur als normaal beschouwd wordt. Uitgaande van dit normalisatieprin-
Vanoevelen (Recreas), Jessica Desmet (VLG)
cipe moet elke persoon met een handicap de kans krijgen sport te beoe-
Eindredactie Ronny Wasiak (Provinciale Sportdienst Limburg) Fotografie Romain Eykens, Rudi Van Beek Vormgeving Hilde Winters, Grafische Producties, Dienst Informatie & Onthaal, Provincie Limburg
fenen op een manier die zo dicht mogelijk in de buurt ligt van mensen die sporten en geen handicap hebben.
Oplage Papier Bioset 90 gr/m2 en Bioset 300 gr/m2
Volgens het Nationaal Instituut voor Statistiek (1996) heeft één op acht
Drukwerk
Belgen beneden een leeftijd van 65 jaar een ernstige of lichtere handicap. Sportparticipatie bij deze groep van mensen ligt beduidend lager in vergelijking met de valide persoon. Onderzoek toont aan dat 39% van de personen met een handicap nooit aan sport doet, terwijl dat bij hun valide tegenhangers slechts 19% van de bevolking is (dit in een populatie van 15 tot 50 jaar). Een tweede onderzoek toont aan dat slechts 3% van de groep mensen met een fysieke of zintuiglijke handicap beneden de 60 jaar regelmatig sport beoefent. De gevolgen van deze beperkte sportparticipatie blijven dan ook niet uit. De sedentaire levenswijze wordt meer dan eens aangehaald als belangrijkste oorzaak van een lagere levensverwachting, een verminderde zelfredzaamheid en een verhoogde kans op sociaal isolement.
5
6
HOOFDSTUK 1
Niettegenstaande de vele positieve effecten wordt een geringere sportparticipatie waargenomen bij personen met een handicap in vergelijking met valide personen. Allerlei redenen dienen hier als verklaring. Enerzijds zijn er de persoonsgebonden redenen (bijv. zelfacceptatie, motivatie, drempelvrees, financiële situatie, praktische haalbaarheid, ...), anderzijds kan de lage sportbeoefening toegeschreven worden aan omgevingsfactoren (sportmogelijkheden, vervoer, trainers, tijdstip, ...). Deze knelpunten komen later in deze bundel nog aan bod. Deze bundel richt zich specifiek naar reguliere sportclubs in Vlaanderen en Brussel die een sportaanbod voor mensen met een handicap willen ontwikkelen. Gebaseerd op de theoretische kennis en praktijkervaring van zowel de betrokken partners als van onze Nederlandse noorderburen, wordt hier een leidraad geboden bestaande uit twee delen. Een eerste deel schetst het kader van gehandicaptensport in Vlaanderen, België en internationaal. Een tweede deel omvat een concreet plan van aanpak, dat voor elke handicapgroep (lichamelijke, verstandelijke, visuele, auditieve of psychische handicap) te hanteren valt. Let wel, deze handleiding dient als leidraad, maar biedt geen garantie op volledigheid of succes. Er is enerzijds een grote verscheidenheid aan sportclubs, anderzijds kunnen de vragen en noden van sporters met een handicap zeer uiteenlopend zijn. Zo moet elke situatie apart bekeken en aangepakt worden.
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
7
8
HOOFDSTUK 1 Voorwoord Terminologie
5 12
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL Lokaal niveau Provinciaal en Brussels niveau Vlaams niveau I Vlaamse Federatie voor Sport en Recreatie in de Geestelijke Gezondheidszorg (Psylos vzw) I Recreatief aangepast Sporten (RECREAS vzw) I Stichting Vlaamse Schoolsport (SVS) I Vlaamse Liga Gehandicaptensport (VLG vzw) Belgisch niveau I Belgian Paralympic Committee (BPC vzw) I Koninklijk Sportverbond der Doven van België (KSVDB vzw) I Interfederaal Comité Aangepast Sporten (ICAS vzw) I Special Olympics Belgium (SOB vzw)
15 17 17 18 18
Internationaal niveau I Comité International des Sports des Sourds (CISS) I International Paralympic Committee (IPC) I Special Olympics International (SOI) Opleiding en vorming I Opleidingsaanbod Vlaamse Trainersschool (VTS) I Opleidingsaanbod gehandicaptensportfederaties I Opleidingsaanbod Provinciale en Brusselse Sportdiensten
27 28 28 28 29 29 31 31
SOORTEN HANDICAPS Lichamelijke handicap I Amputatie I Hersenverlamming I Ruggenmergletsel (dwarsleasie) I Anderen Zintuiglijke handicap I Visuele handicap (blinden en slechtzienden) I Auditieve handicap (doven en slechthorenden) Verstandelijke handicap Psychische beperking
33 35 35 37 39 41 42 42 43 43 45
20 21 21 23 23 25 26 27
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME 49 DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP Knelpunten voor personen met een handicap 51 I Persoonsgebonden van aard 51 I Psychologisch van aard 52 I Sociaal van aard 53 I Organisatorisch van aard 54 Knelpunten voor de sportclubs 56 I Onbekend maakt onbemind! 56 I Aanvaarding van personen met een handicap 57 I Organisatorische knelpunten 57
PLAN VAN AANPAK Fase I Oriëntatiefase I Creëren van een draagvlak I Analyseren van de situatie I Afbakenen van een doelgroep I Informeren van de clubleden
61 63 63 64 66
Fase II Planningsfase I Oprichten van een werkgroep I Formuleren van doelstellingen I Opstellen van het actieplan I Voorbeeld van een actieplan Fase III Uitvoeringsfase I Organiseren van kennismakingsactiviteiten I Start trainingen I Leden inschrijven I Contactpersoon Fase IV Evaluatiefase I Tussentijdse evaluatie I Einde project I Toekomstplanning
66 67 67 67 67 70 72 72 73 73 73 74 74 74 75
ALGEMEEN BESLUIT
77
Nuttige adressen Literatuurlijst
83 88
9
12
HOOFDSTUK 1
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
Terminologie Sportparticipatie Regelmatige participatie aan recreatieve of competitieve
Sporten binnen een gehandicaptensportclub Het sporten gebeurt voorna-
bewegingsactiviteiten, al dan niet met aansluiting bij een sportclub.
melijk door personen met een handicap.
Personen met een handicap Personen met een handicap worden gedefini-
Organisatorisch geïntegreerd sporten Mensen met een handicap sporten
eerd als personen, jonger dan 65 jaar, die omwille van een functiestoornis
binnen de reguliere sportclub in een aparte afdeling. Voorbeelden: de bas-
niet volwaardig aan het reguliere sportaanbod kunnen participeren.
ketbalclub heeft een afdeling rolstoelbasket, de voetbalclub heeft ook een
Hoewel in het taalgebruik de voorkeur uitgaat naar "personen met een
ploeg met personen met een verstandelijke handicap
handicap" werd in deze tekst eveneens gebruikgemaakt van "gehandicaptensportclubs", dit om de leesbaarheid ten goede te komen.
Volledig geïntegreerd sporten (inclusief sporten) Mensen met en zonder handicap sporten met en tegen elkaar. Volledig geïntegreerd sporten komt
Personen met een psychische beperking Een psychische beperking duidt
vaak voor wanneer de spelregels en het speelveld niet of nauwelijks moe-
op ziekteverschijnselen veroorzaakt door stoornissen in de waarneming of
ten aangepast worden. Voorbeeld: een tennisspeler met een armamputa-
in het denken. Het gaat dus over zieke personen die kunnen genezen.
tie kan perfect meedraaien in de tennisclub.
Personen met een verstandelijke handicap Met personen met een verstandelijke handicap wordt bedoeld: personen met een mentale handicap of beperking. Functiestoornis Een functiestoornis is een afwijkende functie van de fysiologische en/of mentale eigenschappen van het menselijk organisme, ofwel een afwijkende anatomische structuur wat betreft positie, vorm en continuïteit van onderdelen van het menselijk lichaam. G- sport In deze handleiding wordt onder G- sport verstaan, elke sportparticipatie uitgeoefend door personen met een handicap. Deze term kan ook gelezen worden als gehandicaptensport of geïntegreerd sporten.
13
14
HOOFDSTUK 1
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
15
1
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
1
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
Binnen de gehandicaptensport zijn er verschillende organisatievormen: lokaal, provinciaal, Vlaams, Belgisch en internationaal. Alle organisatievormen streven ernaar om de gehandicaptensport kwantitatief en kwalitatief uit te bouwen. Hierna worden in het kort de verschillende organisatievormen geschetst.
LOKAAL NIVEAU Met "lokaal niveau" wordt bedoeld de sportclubs die een aanbod hebben voor personen met een handicap. Deze clubs hebben vaak een regionaal karakter aangezien de leden meestal uit verschillende gemeenten komen.
PROVINCIAAL EN BRUSSELS NIVEAU Iedere Vlaamse Provinciale Sportdienst en de Sportdienst van de Vlaamse Gemeenschapscommissie heeft een specifieke werking voor G- sport. Doelstellingen •
Inventariseren van informatie over sportmogelijkheden voor personen met een handicap en vervult hier de rol van aanspreekpunt
•
Stimuleren van sportbeoefening voor alle personen met een handicap in kwaliteitsvolle omstandigheden, op regelmatige basis, ongeacht de aard van handicap van recreatief tot competitief niveau
•
Promoten, ondersteunen, coördineren en organiseren van initiatieven ter bevordering van sport voor en door personen met een handicap, al dan niet in samenwerking met partners
•
Verlenen van subsidies aan sportverenigingen, sportfederaties en/of
17
18
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
HOOFDSTUK 1
sportpromotionele initiatieven
Doelstellingen
•
Behartigen van de toegankelijkheid van sportaccommodaties
•
•
Samenwerken met valide sportfederaties en andere organisaties om de
oefening, waar nodig binnen een beschermd milieu en waar mogelijk en
integratie met een handicap in reguliere sportclubs te bevorderen
gewenst binnen een geïntegreerd milieu in het reguliere sportcircuit
Doelgroep •
Personen met een verstandelijke handicap
•
Personen met een auditieve handicap (doven en slechthorenden)
•
Personen met een visuele handicap (blinden en slechtzienden)
•
Personen met een lichamelijke handicap
•
Personen met een psychische beperking
•
Bijdragen tot een correcte beeldvorming en doorbreken van het sociaal isolement van een groot deel van onze leden d.m.v. sport
•
Aanbieden van een gedifferentieerd en kwalitatief sportaanbod op maat (rekening houdend met de beperkingen en mogelijkheden van de doelgroep)
•
Ondersteunen van sportclubs door het aanbieden van vorming en begeleiding van clubmedewerkers met aandacht voor sectorrelevante topics en specifieke noden van de doelgroep
Sporttakken
Er is geen selectie voor wat betreft sporttakken binnen de provincies.
Promoten van diverse sporttakken en stimuleren tot blijvende sportbe-
•
Aanbieden van een forum voor overleg en uitwisseling van informatie tussen de sport- en vrijetijdsmedewerkers
Naargelang de interesses en mogelijkheden, wordt aan sport gedaan. •
Vervullen van een brugfunctie tussen de sport- en vrijetijdsclubs in de geestelijke gezondheidszorg en de instanties binnen de reguliere circuits
VLAAMS NIVEAU
Doelgroep
In Vlaanderen zijn er drie door BLOSO erkende en gesubsidieerde gehan-
Personen met psychische beperkingen:
dicaptensportfederaties en de Stichting Vlaamse Schoolsport.
•
die verblijven in een psychiatrisch ziekenhuis
•
die bewoners zijn van een project beschut wonen
•
die bezoekers zijn van activiteitencentra
Vlaamse Federatie voor Sport en Recreatie in de Geestelijke Gezondheidszorg (PSYLOS vzw)
Cliënten binnen de thuiszorg
Psylos vzw is een erkende recreatieve Vlaamse federatie voor sport en
Sporttakken
recreatie in de geestelijke gezondheidszorg.
Alle sporttakken worden op recreatieve basis aangeboden. De meest beoefende sporttakken zijn: wandelen, (zaal)voetbal, zwemmen, badminton, tafeltennis, fietsen, judo, netbal en petanque.
19
20
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
HOOFDSTUK 1
Recreatief Aangepast Sporten (RECREAS vzw)
Stichting Vlaamse Schoolsport (SVS)
RECREAS vzw is een erkende recreatieve sportfederatie voor personen
SVS voert een schoolsportbeleid dat erop gericht is alle leerlingen, onge-
met een handicap met afdelingen in elke Vlaamse provincie.
acht hun bekwaamheid of geaardheid, meer en kwaliteitsvolle sportkansen te bieden. SVS verzorgt een uitgebreid sportprogramma voor alle leer-
Doelstellingen •
Zoveel mogelijk personen met een handicap, langdurig zieken, en hun
lingen over de onderwijsnetten heen, met specifieke aandacht voor het buitengewoon onderwijs.
omgeving, aan regelmatige recreatieve sportbeoefening laten doen in •
Vlaanderen en dit op een kwaliteitsvolle wijze.
Doelstellingen
Reguliere sporten aanpassen aan specifieke doelgroepen en aan karak-
•
Aanzetten van de schoolgaande jeugd tot permanente sportbeoefening
teristieke leeftijdsgroepen. Dit kan gebeuren door:
•
Organiseren van schoolse en naschoolse sportactiviteiten
- de ontwikkeling van samenwerkingsverbanden op alle niveaus
•
Vervullen van een brugfunctie tussen de les lichamelijke opvoeding en de dagelijkse sportbeoefening, in of buiten clubverband
(lokaal, provinciaal, landelijk) - het opstellen van subsidiedossiers naar alle mogelijke instanties
•
provinciale en gemeentelijke sportdiensten, e.a. bij de organisatie van
- de organisatie en coördinatie van sportevenementen voor personen
sportactiviteiten
met een handicap - de organisatie van sportkampen voor personen met een handicap in binnen - en buitenland Doelgroep
Samenwerken met (gehandicapten)sportfederaties, lokale sportclubs,
Doelgroep •
Leerlingen uit het basis, het secundair en het buitengewoon onderwijs
•
Zowel de sportief getalenteerde als de minder of niet-sportieve leerling
•
Alle personen met een handicap in Vlaanderen
Sporttakken
•
Langdurig zieken en hun omgeving
•
Sporttakken •
•
Een ruim aanbod van sporttakken: o.a. zaalsporten, buitensporten, natuurgebonden sporten, zowel op recreatief als op competitief niveau
De door BLOSO erkende sporttakken: badminton, boogschieten, dansen, boccia, torbal, gymnastiek, aerobics, paardrijden, skiën tafeltennis,
Vlaamse Liga Gehandicaptensport (VLG vzw)
voetbal, volleybal, wandelen, wielrennen, zeilen, windsurfen, zwemmen.
VLG vzw is een erkende sportfederatie die zich richt naar personen met
De niet door BLOSO erkende sporttakken: bowling, hengelen, petan-
een handicap en die streeft naar normalisatie op het vlak van en door mid-
que, sjoelen, volkssport
del van aangepaste bewegingsactiviteiten en aangepast sporten.
21
22
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
HOOFDSTUK 1
Doelstellingen •
•
•
in de aangesloten sportclubs aangeboden: atletiek, boccia, boogschieten,
Coördineren en organiseren van aangepaste competitiesporten en
(rolstoel)basketbal, bowling, rolstoeldansen, goalbal, rolstoelhockey, judo,
bewegingsactiviteiten
paardrijden (dressuur), rolstoelpool, powerlifting, rolstoelrugby, schieten,
Organiseren van bijscholingen en opleidingen, al dan niet in samenwerking
skiën, tafeltennis, rolstoeltennis, torbal, G-voetbal, volleybal, wielrennen
met partners, voor bestuursleden, officials, scheidsrechters en clubtrainers
(inclusief handbiken), zeilen, zwemmen.
Begeleiden van de aangesloten sportclubs op sporttechnisch, bestuurlijk, sportpromotioneel en sportmedisch vlak.
•
•
Informeren van de sportclubs en haar leden en het verbeteren van het
BELGISCH NIVEAU
imago van de eigen sportfederatie
Op het Belgisch niveau onderscheiden we drie organisatievormen die zich
Informeren van de maatschappij over haar werking en verbeteren van
specifiek richten naar een bepaalde doelgroep : Belgian Paralympic
het imago van de persoon met een handicap
Committee vzw, Special Olympics Belgium vzw, Koninklijk Sportverbond
•
Promoten van de sporten voor personen met een handicap
der Doven van België vzw.
•
Begeleiden van de elitesporters en beloftevolle atleten met een handi-
•
•
cap die wensen deel te nemen aan internationale wedstrijden, zoals bij-
Belgian Paralympic Committee (BPC vzw)
voorbeeld de Paralympische Spelen
Het BPC coördineert de gehandicaptensport. Het BPC wordt gesubsidi-
Coördineren en organiseren van internationale competities in verschil-
eerd door het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité (BOIC vzw) en
lende sporttakken
is samengesteld uit de Vlaamse Liga Gehandicaptensport (VLG vzw) en
Samenwerken met valide sportfederaties om de integratie van de per-
de Ligue Handisport Francophone (LHF asbl). Het BPC organiseert jaar-
soon met een handicap in de reguliere sportclub te bevorderen
lijks de Belgian Paralympic Championships.
Doelgroep •
Sporters met een lichamelijke handicap
•
Sporters met een auditieve handicap
Doelstellingen
•
Sporters met een visuele handicap
•
•
Sporters met een verstandelijke handicap
Sporttakken
De volgende sporttakken worden op recreatieve en/of competitieve basis
Deze vinden alternerend
plaats in Vlaanderen en Wallonië.
Het promoten van sport en bewegingsactiviteiten bij personen met een handicap
•
Het stimuleren van personen met een handicap om zich aan te sluiten bij haar aangesloten federaties
23
24
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
HOOFDSTUK 1
schema
Belgisch niveau
NATIONAAL
•
De federaties bijstaan bij het vragen van morele en materiële steun bij privé- of overheidsinitiatieven
KVSVDB
•
SOB
Opstellen van sportreglementen van de erkende sporttakken en bepalen van de selectiecriteria en het statuut van de elitesporters
ICAS
•
Organiseren en coördineren van nationale en internationale wedstrijden
BPC
•
Meewerken en deelnemen aan internationale sportevenementen
•
Coördineren van de activiteitenkalender van haar federaties
Doelgroep
VLAAMS
VLG
LHF
PSYLOS
FEMA
RECREAS SVS
WAALS
•
Sporters met een lichamelijke handicap
•
Sporters met een visuele handicap
•
Sporters met een verstandelijke handicap
Sporttakken
Atletiek, boccia, boogschieten, goalbal, judo, paardrijden, powerlifting, rolstoelbasketbal, rolstoelrugby, rolstoelschermen, rolstoeltennis, schietsport, tafeltennis, voetbal 5-5, voetbal 7-7, volleybal, wielrennen, zeilen,
PROVINCIAAL
G-afdeling
zwemmen, Alpijns skiën, curling, ijshockey, langlaufen.
Koninklijk Sportverbond der Doven van België (KSVDB) Doelstellingen
Bevorderen van regelmatige sportbeoefening bij personen met een auditieve handicap, dit ofwel in recreatief, ofwel in competitief verband. Doelgroep
Personen met een auditieve handicap
25
26
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
HOOFDSTUK 1
Sporttakken
Special Olympics Belgium (SOB vzw)
Atletiek, bowling, biljart, petanque, voetbal, zwemmen, tafeltennis, tennis,
Special Olympics is een beweging die streeft naar de ontplooiing van per-
volleybal, schaken, squash.
sonen met een verstandelijke handicap en de sensibilisering van hun omgeving via sportbeoefening.
Interfederaal Comité voor Aangepast Sporten (ICAS) Doelstellingen Doelstellingen •
•
Samenbrengen van de sportfederaties en verenigingen die werken aan de ontwikkeling van lichamelijke oefening en sport bij personen met een
sonen met een verstandelijke handicap (eventueel lichamelijke handicap) •
verstandelijke handicap en/of psychische beperking •
Bevorderen van gemeenschappelijke acties van haar leden
•
Opstellen en toezicht houden op de selectiecriteria voor de atleten
•
Opstellen van sportreglementen
•
Vertegenwoordigen van personen met een verstandelijke handicap
•
Bevorderen van sportbeoefening (sportparticipatie en competitie) bij perBevorderen van de ontplooiing van personen met een verstandelijke handicap op lichamelijk en geestelijk vlak
•
Bevorderen van de integratie van personen met een verstandelijke handicap in de maatschappij
•
Het jaarlijks organiseren van de Nationale Spelen, alternerend in Vlaanderen, Wallonië en Brussel
en/of psychische beperking in alle nationale en internationale instanties
Doelgroep
selecteren van atleten op nationaal en internationaal vlak.
•
Doelgroep
Personen met een verstandelijke handicap
Sporttakken
•
Personen met een verstandelijke handicap
Atletiek, badminton, bowling, wielrennen, paardrijden, floorball, voetbal,
•
Personen met een psychische beperking
artistieke en ritmische gymnastiek, judo, zwemmen, netbal, tafeltennis, tri-
Sporttakken
atlon, aangepaste fysieke activiteiten en sportspelen.
De sporttakken die door de aangesloten sportfederaties (VLG vzw, RECREAS vzw, PSYLOS vzw, samen met de Franstalige sportfederaties LHF asbl en Fema asbl) worden aangeboden.
INTERNATIONAAL NIVEAU Op internationaal niveau onderscheiden we drie organisaties: International Paralympic Committee, Special Olympics International, Comité International des Sports des Sourds.
27
28
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
HOOFDSTUK 1
Comité International des Sports des Sourds Het Comité International des Sports des Sourds (CISS) is de internationale koepel voor sportbeoefening bij mensen met een auditieve handicap. Het Koninkijk Sportverbond der Doven van België (KSVDB) is lid van CISS. Het CISS organiseert elke vier jaar de Deaflympics. De Deaflympics Winter - en Zomerspelen vinden plaats in het jaar na de Olympische Spelen en de Paralympics Winter - en Zomerspelen. Meer info www.deaflympics.com
OPLEIDING EN VORMING Het spreekt voor zich dat zeker in gehandicaptensport goed opgeleide begeleiders, trainers en instructeurs nodig zijn. Het begeleiden van sporters met een handicap en het initiëren van sporten aan sporters met een handicap vergt een zeker inzicht en vaardigheid. Het is dan ook belangrijk dat gemotiveerde begeleiders en trainers de kans krijgen om zich op dit vlak bij te scholen. Op het vlak van opleiding en vorming voor het begeleiden of trainen van sporters met een handicap zijn er in Vlaanderen ver-
International Paralympic Committee (IPC) Het
International
Paralympic
Committee
(IPC)
organiseert
de
Paralympische Spelen. De Paralympics Winter- en Zomerspelen vinden onmiddellijk na de Olympische Winter - en Zomerspelen op dezelfde locatie plaats. De deelnemers zijn topsporters met een lichamelijke en/of visuele handicap. Het is mogelijk dat ook topsporters met een verstandelijke handicap in de toekomst kunnen meedoen. Het Belgian Paralympic Committee (BPC) is lid van IPC.
Meer info
www.paralympic.org
schillende organisaties actief.
Opleidingsaanbod Vlaamse Trainersschool De Vlaamse Trainersschool is een samenwerkingsverband tussen het BLOSO, de Vlaamse sportfederaties, de Vlaamse universiteiten met een opleiding Lichamelijke Opvoeding (Brussel, Gent en Leuven) en de Vlaamse Hogescholen. De Vlaamse Trainersschool biedt een waaier van opleidingen aan. Binnen het opleidingsaanbod gaat er bijzondere aandacht naar het leren
Special Olympics International (SOI) Special Olympics International (SOI) vormt de overkoepelende organisatie van de nationale Special Olympic organisaties, dus ook Special Olympics Belgium (SOB). Het SOI organiseert één keer om de vier jaar de Special Olympics Wereldspelen voor sporters met een verstandelijke handicap. De Special Olympics Winter- en Zomerspelen vinden plaats in het jaar vóór de Olympische Spelen en de Paralympics Winter- en Zomerspelen. Meer info
www.specialolympics.com
omgaan met sporters met een handicap. Het is de bedoeling dat meer sportbegeleiders hun sporttechnisch en pedagogisch inzicht verruimen naar deze doelgroep en door het volgen van een aanvullende opleiding een erkend attest verwerven. Het opleidingsaanbod in het kader van gehandicaptensport omvat twee pijlers: aanvullende opleidingen en een gehandicaptensportspecifieke opleiding boccia.
29
30
GEHANDICAPTENSPORT IN VLAANDEREN, BELGIË EN INTERNATIONAAL
HOOFDSTUK 1
Aanvullende module gehandicaptensport
Initiator opleiding boccia
Deze opleiding richt zich tot alle gediplomeerde initiators, trainers of
Door het volgen van deze gehandicaptensportspecifieke opleiding (43 uur)
instructeurs in een specifieke sporttak en omvat een sporttakoverschrij-
leert de cursist naast de algemene doelstellingen van een initiatoropleiding
dende en een sportspecifieke module.
de functionele mogelijkheden van de bocciaspeler inschatten. De specifieke aanpassingen aan materiaal, reglementen, veiligheid en omkadering wor-
In de sporttakoverschrijdende module (7 uur) wordt er aandacht
den eveneens besproken. Doorheen de cursus wordt de vaardigheid om
besteed aan de gehandicaptenstructuur, de verschillende handicapgroe-
boccia te initiëren ontwikkeld en leert de cursist de tactische aspecten van
pen en hun specifieke eigenschappen zoals de bewegingsmogelijkheden
het bocciaspel aan de man te brengen. Bijzondere aandacht gaat ook naar
van deze sporters en de invloed van fysieke inspanning. Daarnaast maken
de mentale begeleiding in functie van de competitie. Via een aanvullende
de cursisten via praktische werkvormen kennis met het leren rijden en
korte stage maakt de cursist kennis met het reilen en zeilen in het werkveld.
balanceren met een rolstoel, het omgaan met sporters met een visuele handicap, het gericht communiceren met sporters met een auditieve han-
Opleidingsaanbod gehandicaptensportfederaties
dicap en met didactische tips voor het begeleiden van sporters met een
Opleidingen en bijscholingen voor scheidsrechters en officials worden
verstandelijke handicap.
georganiseerd voor de handicapspecifieke sporttakken als boccia, goalbal, rolstoelbasketbal , rolstoelhockey en torbal.
Voor zwemmen, paardrijden, judo, basket, voetbal, boccia en rolstoeltennis is reeds een sportspecifieke module uitgewerkt (7 uur).
Bijscholingen voor clubbestuurders en clubtrainers worden al dan niet in
Hier wordt de vertaalslag gemaakt naar de specifieke sport. De cursisten
samenwerking met diverse partners georganiseerd: Provinciale en
maken kennis met de noodzakelijke aanpassingen (materiaal, infrastruc-
Brusselse Sportdiensten, SPORTAC, Bond voor Lichamelijke Opvoeding
tuur, reglementen) en de principes van het classificatiesysteem. Via prak-
(BVLO), Vlaamse Trainersschool (VTS), …
tijkoefeningen worden de basisprincipes bijgebracht om de specifieke sport op een veilige manier aan te leren en de beleving bij de sporter met
Opleidingsaanbod Provinciale en Brusselse Sportdiensten
een handicap te vergroten. Tijdens de stage krijgen de cursisten de kans
Bijscholingen en studiedagen worden al dan niet in samenwerking met
om de opgedane ervaringen te toetsen aan het werkveld.
diverse partners georganiseerd door de Provinciale en Brusselse
Betrachting is om naar de toekomst voor zoveel mogelijk sporten een
Sportdiensten:
sportspecifieke module voor het begeleiden van sporters met een handi-
Sportbeheer (ISB), Vlaams Bureau voor Sportbegeleiding (VLABUS),
cap te ontwikkelen.
SPORTAC, Bond voor Lichamelijke Opvoeding (BVLO), …
Vlaamse Trainersschool (VTS), Vlaams Instituut voor
31
2
SOORTEN HANDICAPS
SOORTEN HANDICAPS
2
SOORTEN HANDICAPS
Er bestaat een grote diversiteit aan handicaps, aangeboren of verworven. In dit hoofdstuk worden de meest voorkomende soorten handicaps toegelicht. Per handicap wordt kort gesitueerd wat de handicap omvat, samen met enkele tips bij het sporten.
LICHAMELIJKE HANDICAP Amputatie Amputatie van een lichaamsdeel is zowel lichamelijk als emotioneel een uiterst ingrijpend gebeuren. De functie van het geamputeerde lichaamsdeel is gedeeltelijk of volledig verdwenen. Het is een traumatische ervaring die door elk individu anders wordt ervaren. Veel personen met een amputatie hebben nog lange tijd hinder van fantoompijnen. Het gevoel dat het geamputeerde lichaamsdeel er nog aan zit, warm en koud aanvoelt, jeukt of nog pijn doet. Deze symptomen kunnen met de tijd verminderen en volledig verdwijnen. Oorzaken amputatie •
afwijkende vormen van ledematen bij de geboorte
•
infectie
•
ongeval
•
pijnklachten
•
slechte bloedvaten
•
trombose en embolie
•
verbranding/bevriezing
35
36
HOOFDSTUK 2
SOORTEN HANDICAPS
Hersenverlamming Amputaties op verschillend niveau
Bij personen met een hersenverlamming onderscheiden we 2 grote groe-
arm/hand/vingers
pen, de CP- groep (beschadiging aan de nog niet volgroeide hersenen
•
vinger(s) één of meer kootjes of vingers zijn geamputeerd
•
hand amputatie tot en met het polsgewricht
•
onderarm amputatie door het ellebooggewricht of er onder
Cerebral Palsy (CP)
•
bovenarm amputatie tussen schouder en elleboog
Oorzaken CP (cerebral palsy) of hersenverlamming
van een kind) en de CVA- groep (beroerte en hersenbloeding)
•
infectie tijdens de zwangerschap (vb. rode hond)
•
tenen één of meer kootjes of tenen zijn geamputeerd
•
zuurstofgebrek tijdens de geboorte.
•
voet amputatie tot halverwege voet
Bij CP is er vooral schade in het gebied van de hersenen dat instaat voor
•
onderbeen amputatie door kniegewricht of er onder
de controle van de spiertonus en reflexen.
•
bovenbeen amputatie tussen de heup en het kniegewricht.
Gevolgen CP
been/voet/tenen
Tips bij het sporten •
de stomp kan heel gevoelig zijn: oppassen met stoten tegen voorwer-
•
spastische bewegingen
•
ongecontroleerde en ongecoördineerde bewegingen
•
hemiplegie, diplegie en tetraplegie*.
pen en harde ondergronden, soms is er specifieke verzorging met bijv. •
•
•
•
windels noodzakelijk
Cerebral Vasculair Accident (CVA)
sommigen zijn nog niet over dit trauma heen en schamen zich ervoor,
Oorzaken CVA (cerebral vasculair accident) of bloeding in de hersenen
gemeenschappelijk douchen kan problematisch zijn, niet forceren
•
hoge bloeddruk
opgepast in natte ruimten ( vooral mensen die zich met krukken verplaat-
•
aderverkalking
sen of huppen), let op dat de doppen van de krukken niet versleten zijn
•
forse klap op het hoofd
het verplaatsen van de dagelijkse rolstoel naar de sportrolstoel is in het
•
zwakke plek in een bloedvat
begin veelal een angstig gebeuren, dikwijls is er nog te weinig zelfver-
•
onbekende redenen.
trouwen
Gevolgen CVA
stimuleer het gebruik van het douchestoeltje bij het douchen (bij been-
•
amputatie).
verzwakte motorische functie in de extremiteiten (bovenste, onderste of beide)
37
38
HOOFDSTUK 2
SOORTEN HANDICAPS
•
verzwakte sensorische functie
Ruggenmergletsel (dwarslaesie)
•
spraak - en taalproblemen (niet kunnen overbrengen wat men wil zeg-
Een dwarslaesie is een onderbreking van de opstijgende en afdalende
gen of niet begrijpen wat gezegd wordt)
zenuwbanen in het ruggenmerg. De functies onder het ruggenmergletsel
mentale verwarring.
en de controle hierop zijn gedeeltelijk of compleet uitgevallen.
•
Tips bij het sporten •
maak gebruik van heldere en concrete taal, herhaling is dikwijls nood-
Oorzaken dwarslaesie •
ongeval beschadiging van het ruggenmerg met of zonder wervelbeschadiging
zakelijk neem rustig de tijd bij de communicatie, het is voor beide partijen niet
•
tumorproces van het ruggenmerg of het omringende bot
altijd duidelijk wat bedoeld wordt, stel de vraag indien nodig op een ande-
•
aangeboren bijv. door een open rug
re manier, laten antwoorden via ja of nee kan duidelijkheid scheppen
•
vasculair bijv. bloedingen, trombose, embolie
•
stimuleer de persoon zelf zoveel mogelijk in de communicatie
•
niet-aangeboren bijv. bacteriële/virale infectie
•
bied de leersituaties stap voor stap aan
Soorten laesie
•
streef naar zoveel mogelijke zelfstandigheid, grijp niet te snel in
De uitgebreidheid van de laesie wordt bepaald door de hoogte en de loca-
•
pas het tempo aan bij een verminderd houdings - en bewegingsgevoel
tie van de ruggenmergonderbreking:
•
zie erop toe dat de sporter zich niet overschat maar ook niet onderschat
•
tetraparese (uitval van zowel armen als benen)
•
maak indien nodig gebruik van hulpmiddelen (vb. footstraps: dit zijn rie-
•
paraparese (uitval van romp/buik/benen).
men die dienen om de voeten te fixeren) om het bewegingscomfort te
De laesie uit zich in drietal verschijnselen:
bevorderen.
•
sensibele (gevoels-) uitval
•
motorische (bewegings-) uitval
•
vegetatieve uitval.
•
Hemiplegie = verlamming aan één zijde van het lichaam Tetraplegie of quadriplegie = verlamming van de vier ledematen Diplegie of paraplegie = verlamming aan beide zijden van het lichaam, beide
Sensibele uitval
armen, beide benen
Door de onderbreking van de opstijgende banen van het centrale zenuwstelsel naar de hersenen zullen prikkels die verstuurd worden van onder de laesie niet meer bewust waargenomen worden. Functies onder de laesie kunnen compleet of incompleet zijn.
39
40
HOOFDSTUK 2
SOORTEN HANDICAPS
Deze stoornis betreft dus de gewaarwording van aanraking, pijn, tast,
Vegetatieve uitval
koude/warmte, houdings- en bewegingsgevoel.
Het vegetatieve zenuwstelsel zorgt onder meer voor bepaalde processen van de organen. Namelijk de processen die je niet met je wil kan beïnvloe-
Tips bij het sporten
den (vb. hoogte bloedsuikerspiegel en bloeddruk). Door de onderbreking
•
houd rekening met het gemis aan pijngewaarwording, ook bij wondjes
in het ruggenmerg ontstaan er vegetatieve stoornissen met name in
•
let op voor een sneller balansverlies wegens een verminderd of gemis
darm/blaasfunctie, regeling van lichaamstemperatuur, het vaatstelsel enz.
aan gevoel bij het zitten •
let op bij het douchen, of buitensportactiviteiten, want er is een vermin-
Tips bij het sporten
derd of in sommige gevallen geen koude - of warmtegevoel.
•
las voldoende pauzes in, want er kan gemakkelijk oververhitting (rood aangezicht, …) optreden; opgelet want sommigen kunnen niet zweten
Motorische uitval
•
informeer je vooraf naar de ernst van de handicap (incontinentie, bloeddrukschommelingen, …)
Door een onderbreking in de dalende banen die prikkels geleiden vanuit de hersenen naar de spiergroepen wordt de spier niet geprikkeld. Er treedt geen spiercontractie op onder het niveau van de laesie. Ook hier
Anderen
kan de uitval compleet of incompleet zijn. De verlamming uit zich op 2
Ook de hieronder vermelde beperkingen kunnen gecatalogeerd worden
manieren: spastische verlamming en slappe verlamming
onder de motorische handicaps. De gangbare term voor deze groep is “Les autres” of anderen: •
gewrichtsvergroeiingen
hou er rekening mee dat sommige personen met een dwarslaesie die
•
spierziektes
zich verplaatsen in een rolstoel nog een sta - en loopfunctie hebben
•
bewegingsbeperking
informeer u over de hoogte van de laesie; hoe hoger de laesie, hoe
•
dwerggroei
meer functie-uitval van de spieren en hoe afhankelijker van hulpmidde-
•
…
Tips bij het sporten •
•
len en/of begeleiders •
kijk na of de sportaccommodatie voldoende toegankelijk is.
41
42
HOOFDSTUK 2
ZINTUIGLIJKE HANDICAP Visuele handicap (blinden en slechtzienden) Elke visuele handicap is uniek. Er kan een verminderde gezichtsscherpte zijn of een beperkt gezichtsveld. De sporter kan lichtschuw zijn of heeft problemen met contrastverwerking. Een aandoening kan progressief zijn, de sporter is blind geboren of geworden. Het didactisch handelen wordt
SOORTEN HANDICAPS
Auditieve handicap (doven en slechthorenden) Bij doofheid is het gehoor zo gestoord dat het verstaan van de spraak via het gehoor, met of zonder hoorapparaat onmogelijk is. Bij slechthorendheid is het verstaan van de spraak via het gehoor met of zonder hoorapparaat moeilijk maar niet onmogelijk. Personen met meer dan 55dB hoorverlies hebben problemen met de auditieve communicatie. Een goede visuele communicatie en informatie is uiterst belangrijk voor doven en slechthorenden.
door deze individuele beperkingen bepaald.
Sommige personen met een auditieve handicap hebben evenwichtspro-
Tips bij het sporten
digd zijn. Dit heeft gevolgen op de algemene coördinatie en motoriek.
•
blemen omdat de drie halfcirkelvormige kanalen in het binnenoor bescha-
geef duidelijke instructies en begeleid het voorbeeld van medesporter of uzelf ook verbaal
Tips bij het sporten
zorg voor een omgeving waarin de persoon met een visuele handicap
•
sta in het gezichtsveld van de dove sporter, oogcontact is belangrijk
zich vertrouwd voelt
•
zorg voor voldoende licht
let op hoe je aanduidingen geeft: het woord "daar" werkt niet als je niet
•
praat duidelijk en met eenvoudige woorden
ziet waar "daar" is, gebruik termen zoals :links van je, rechts van je, voor
•
ondersteun je uitleg met gebaren of gebruik pictogrammen
je, achter je
•
maak gebruik van demonstratie
maak gebruik van het aanwezige contrast in de zaal
•
informeer voor je begint of alles goed begrepen is
•
draag zelf duidelijke kledij
•
betrek de dove sporter zoveel mogelijk bij de hele groep
•
bied oefenstof in kleine delen aan, de bewegingservaring van slecht-
•
schakel eventueel een gebaren- of orale tolk in
•
•
•
zienden en blinden is meestal beperkter dan bij personen met een normaal zicht •
geef voor de les aan waar er objecten staan en leid de sporter eventueel langs de toestellen
•
let op voor obstakels (rondslingerende materialen).
VERSTANDELIJKE HANDICAP Personen met een verstandelijke handicap zullen vanwege hun verstandelijke beperking altijd enige vorm van begeleiding nodig zullen hebben. Het gaat om personen met een IQ van 75 of lager. Binnen de sportsector spreekt men over een verstandelijke handicap wanneer deze voor het
43
44
HOOFDSTUK 2
SOORTEN HANDICAPS
18de levensjaar tot uiting komt. Bij dementie en bij een op latere leeftijd
Tips bij het sporten
opgelopen hersenbeschadiging spreekt men niet meer over personen met
•
houd er rekening mee dat ze onderling sterk kunnen verschillen
een verstandelijke handicap. De verschillen tussen personen met een ver-
•
deze personen zijn vatbaarder voor blessures daar zij vaak ook bijkomende lichamelijke handicaps hebben
standelijke handicap zijn groot. We kunnen deze heterogene groep •
besteed extra aandacht aan hygiëne
cognitief
•
gebruik eenvoudige woorden en geef eenvoudige opdrachten
•
sociaalaffectief
•
maak gebruik van visuele hulpmiddelen zoals pictogrammen
•
psychomotorisch.
•
voorzie extra begeleiding
•
werk in kleine groepjes
Het cognitieve aspect het verstandelijk functioneren, hoe denkt, onthoudt,
•
herhaal de opdracht regelmatig
leert en neemt iemand iets waar.
•
probeer u in te leven in de mogelijkheden en beperkingen van de deel-
beschrijven aan de hand van een drietal gedragsaspecten: •
nemers.
Het sociaalaffectieve aspect hoe maakt iemand contact, hoe gaat iemand om met de anderen, hoe toont iemand zijn gevoelens. Hier zijn de onderlinge verschillen groot. Het psychomotorische aspect de bewegingsvaardigheden van iemand. Deze
PSYCHISCHE BEPERKING
personen hebben meestal een kleinere bewegingservaring kunnen
Een psychische beperking duidt op een of meer ziekteverschijnselen ver-
opdoen dan personen zonder verstandelijke handicap.
oorzaakt door stoornissen in de waarneming of het denken. Het gaat dus
Velen hebben ook een of meer bijkomende stoornissen die invloed kun-
over zieke personen die kunnen genezen. Het al dan niet sporten voor per-
nen hebben op hun bewegingsvaardigheid.
sonen met een psychische beperking hangt af van de diagnose. Voor per-
•
Zintuiglijke beperkingen (oog - en oorafwijkingen)
sonen die acuut psychotisch zijn is sportbeoefening in eerste instantie niet
•
Orgaanafwijkingen (hartafwijkingen of aandoeningen aan de longen)
aangewezen.Medicatie is onontbeerlijk in de behandeling van psychische
•
Afwijkingen in de bouw van het bewegingsapparaat
beperkingen. Dit kan het functioneren van de persoon in kwestie belemme-
•
Neurologische stoornissen in het centrale zenuwstelsel (hoge spierto-
ren. Het ontstaan van een psychische stoornis is een combinatie van:
nus, onwillekeurige bewegingen)
•
biologische factoren: aanleg, erfelijkheid, afwijkingen in de structuur van bepaalde hersengebieden
•
omgevingsfactoren: opvoeding, sociale omstandigheden, maatschappelijke eisen, steun en opvang vanuit de omgeving
45
46
HOOFDSTUK 2
•
psychische factoren: persoonlijke eigenschappen zoals perfectionisme, faalangst, zelfvertrouwen
•
traumatische ervaringen: incest, mishandeling, ernstige ziekte of ongeval, ontslag.
Ziektebeelden
1 ADHD aandachtsstoornis + hyperactiviteit 2 Schizofrenie stoornis in denken en waarnemen 3 Angststoornis bang zijn als er geen aanleiding toe is 4 Eetstoornis boulimia (vraatzucht gevolgd door braken), anorexia (onweerstaanbare drang om af te vallen) en binge eating (eetbuien zoals bij boulimia maar niet gevolgd door braken of gebruik van laxeermiddelen). 5 Verslaving drank, drugs en medicijnen Tips bij het sporten •
zorg voor een duidelijke en eenvoudige instructie en vermijd te veel uitleg tegelijk
•
houd rekening met fysieke (overschatten/onderschatten) en cognitieve beperkingen en ken de neveneffecten van medicatie (concentratieverlies, zwaarlijvigheid, evenwicht, dorst,…)
•
maak duidelijke afspraken en volg die consequent op
•
aanvaard dat deze personen anders zijn, maar ga ze niet betuttelen en behandel hen op een volwassen manier
•
aanvaard de beperktheden van deze personen, luister actief, probeer je in te leven en stimuleer wat ze wel kunnen
•
ken je eigen grenzen en maak ze duidelijk.
SOORTEN HANDICAPS
47
3
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP
3
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP
Zowel personen met een handicap als sportclubs ondervinden in de praktijk diverse knelpunten bij het willen deelnemen aan of het aanbieden van gehandicaptensport. In dit deel worden deze knelpunten op een rijtje gezet om een duidelijker beeld te schetsen waar die gesitueerd zijn. Vervolgens wordt er besproken hoe er kan op ingespeeld worden.
KNELPUNTEN VOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP Persoonsgebonden van aard Ernst en aard van de handicap Naargelang de soort en de ernst van de handicap worden er meer of minder knelpunten ervaren bij sportdeelname. Een rolstoelgebruiker zal meer belemmeringen ondervinden op gebied van toegankelijkheid van de sportaccommodaties en vervoer naar het sportgebeuren dan iemand met een andere motorische handicap die wel nog kan stappen. Een blinde of slechtziende persoon zal vooral belemmeringen ondervinden op gebied van het zich verplaatsen naar de sportactiviteit en vereist meer begeleiding tijdens de sportactiviteit. Een dove of slechthorende persoon zal vooral belemmeringen ondervinden op het gebied van communicatie, want hij voelt zich dikwijls niet begrepen of begrijpt zelf niet alles. Een persoon met een verstandelijke handicap zal belemmeringen ondervinden naargelang de graad van zijn verstandelijk niveau. Meestal is individuele begeleiding nodig. Gedragsproblemen kunnen eveneens een belemmering vormen. Bij een persoon met een psychische beperking is het individueel afhankelijk of hij al dan niet geïntegreerd kan worden in een sportclub.
51
52
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP
HOOFDSTUK 3
Motivatie Er bestaat tegenwoordig een groeiend aanbod van activiteiten.
door deze mensen zich niet onder valide mensen durven te begeven om
Hierdoor heeft men meer keuzemogelijkheden in de vrijetijdsbesteding.
te sporten, maar ook het onterechte idee dat zij niet in staat zijn om te
Vaak kiest men dan voor een andere vorm van vrijetijdsbesteding dan
sporten zijn grote knelpunten. Hierin schuilt het lage zelfvertrouwen en
sport. Een grote groep personen met een handicap heeft gewoon geen
gebrek aan kennis over hun eigen sportmogelijkheden.
zin om te sporten. Sportende personen met een handicap moeten vaak omwille van medische problemen voor kortere of langere tijd hun sport-
Drempelvrees Vaak hebben mensen met een handicap een grote drempel-
deelname staken. Om na het genezingsproces opnieuw te starten met
vrees om naar een sportactiviteit te gaan. Dit heeft te maken met een aan-
sporten moet men soms veel moed en inspanning aan de dag leggen.
tal factoren:
Volgens een recent onderzoek (januari 2004) van de KU Leuven o.l.v. Y.
Hoe is het onthaal?
Vanlandewijck en P. Van de Vliet (studie uitgevoerd in opdracht van
Heeft de sportclub voldoende kennis en begrip voor hun beperkingen?
Vlaams minister van Sport, Marino Keulen) hebben non-participanten
Wordt men niet te veel aangestaard? Is men welkom?
meestal vooroordelen over sport, zoals "sport is overbodig" of "sport is
Zijn de sportactiviteiten voldoende aangepast?
risicovol". Dit maakt dat de motivatie vaak op een laag pitje zit.
Zijn de sportbegeleiders voldoende opgeleid? Is er teveel betutteling en medelijden?
Psychologisch van aard
Is er niet teveel kans op blessures?
Acceptatie van de handicap Personen met een aangeboren handicap hebben
Sociaal van aard
over het algemeen minder moeite om de eigen handicap te accepteren. Personen die een niet-aangeboren handicap hebben, zoals bijvoorbeeld na
Houding van de omgeving ten opzichte van hun sportdeelname Non-participan-
een ongeval, moeten meestal eerst een lang proces van aanvaarding van de
ten worden niet actief aangemoedigd tot sportbeoefening door hun
handicap doorworstelen. Tijdens deze fase wordt zelden aan sporten
omgeving of door professionele hulpverleners. Meestal door onwetend-
gedacht. Zij moeten eerst deze psychologische barrière overwonnen hebben.
heid of overbescherming denken de familieleden, vrienden, zelfs medici (bijv. huisdokter, kinesist) dat sport voor een bepaalde persoon met een
Zelfbeeld, schaamte, zelfvertrouwen Het beeld dat men van zichzelf heeft en
handicap niet geschikt is. Een correcte beeldvorming betreffende gehan-
de persoonlijke houding ten aanzien van de eigen handicap blijken
dicaptensport voor het brede publiek en voor de professionele hulpverle-
belangrijke oorzaken te zijn van niet-sporten. Het schaamtegevoel waar-
ner dringt zich op.
53
54
HOOFDSTUK 3
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP
Sociale contacten Het uitbouwen van sociale contacten is een van de belang-
Vervoer Vervoer is een van de grootste knelpunten voor deelname aan
rijkste redenen om te blijven sporten. Wie zich aanvaard voelt door de ande-
sportactiviteiten door personen met een handicap. Het openbaar vervoer
re leden, zal niet zo vlug afhaken. Samen met vrienden sporten is stimulerend
beantwoordt niet altijd aan de vraag waardoor de mogelijkheden enorm
om te volharden. Voor wie de eerste maal naar een sportclub wil, zal de
beperkt zijn voor personen met een handicap om ter plaatse te geraken.
drempel lager zijn wanneer hij of zij een kennis heeft die lid is in de club. In
Sommige gemeenten bieden aangepast vervoer aan, maar deze zijn
het andere geval is een goede ontvangst en persoonlijke benadering belang-
meestal beperkt tot de gemeentegrenzen en welbepaalde uren overdag
rijk. Daarom wordt best een contactpersoon aangeduid in de sportclub die
en niet 's avonds of in het weekend wanneer de sportactiviteiten plaats-
als vertrouwenspersoon voor personen met een handicap kan optreden.
vinden. Meestal wordt een beroep gedaan op familieleden, vrienden of professionele hulpverleners voor het vervoer naar de sportactiviteit.
Organisatorisch van aard Trainers en kader Er is momenteel een groot tekort aan deskundige en goed Sportmogelijkheden Vermits de doelgroep relatief klein is en de onderlinge
opgeleide trainers die de sportactiviteiten kunnen begeleiden. Ook de vrij-
verschillen zeer groot zijn, is het niet mogelijk om in elke gemeente diver-
willigers die mee ingeschakeld worden missen meestal kennis en ervaring.
se sportactiviteiten te organiseren voor personen met een handicap. Dit
Vele trainers en clubbestuurders staan over het algemeen positief ten
betekent dat er relatief weinig specifieke gehandicaptensportclubs
opzichte van personen met een handicap, maar wel terughoudend als het
bestaan. Er zijn ook weinig gewone sportclubs waar personen met een
gaat om trainingstechnische aspecten. Dit kan opgelost worden door het
handicap terecht kunnen. Als gevolg hiervan moeten er meestal grote
stimuleren van het volgen van specifieke opleidingen van de Vlaamse
afstanden afgelegd worden om een bepaalde sport te kunnen beoefenen.
Trainersschool en andere bijscholingen.
Toegankelijkheid De toegankelijkheid van sportaccommodaties kan vooral
Tijdstip Het tijdstip waarop de sportactiviteiten plaatsvinden kan bij bepaal-
voor rolstoelgebruikers ontoereikend zijn. Toegankelijkheid is een ruimer
de personen met een handicap een hinderpaal zijn. Leerlingen van het
gegeven dan alleen de sportzaal, ook o.a. de cafetaria als middelpunt van
Bijzonder Onderwijs komen vaak laat thuis omdat ze met een busje van
het sociale gebeuren, de toiletten, de doucheruimten, parkeerplaatsen
school naar huis gebracht worden. Personen die in instellingen verblijven
behoren tot de toegankelijkheid van een sportaccommodatie. Een goede
zijn meestal gebonden aan welbepaalde uren omwille van andere activitei-
toegankelijke sportaccommodatie is een basisvoorwaarde voor sportbe-
ten die in de instelling gepland worden of van het beschikbaar zijn van
oefening voor personen met een handicap.
begeleiders uit de instelling zelf. De sportactiviteit kan men best plannen
55
56
HOOFDSTUK 3
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP
in het kader van de doelgroep, bijv. tijdens het weekend of op een woens-
dat bij een eerste kennismaking het ijs snel gebroken is en dat sporters
dagnamiddag.
met een handicap vaak de meest enthousiaste leden zijn.
Kosten Aangepast sportmateriaal, vooral voor mensen die rolstoelgebon-
Aanvaarding van personen met een handicap
den zijn, is duur. Bijv. een specifieke tennissportrolstoel kan gemakkelijk
De leden van de club moeten een gewenningsproces doorlopen bij het
€ 5 000,00. kosten. In Vlaanderen bestaat hiervoor nog steeds onvol-
aanvaarden van personen met een handicap binnen de vereniging.
doende tegemoetkoming vanuit het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie
Afwijzende reacties door leden komen voor en moeten onderkend wor-
van Personen met een Handicap en moeten de betreffende personen zelf
den. Het komt erop aan correcte informatie te verschaffen aan de leden
instaan voor de hoge kosten. Alleen de provincie Limburg heeft een spe-
en als bestuur volledig achter de integratie van personen met een handi-
cifiek subsidiereglement voor de aankoop van aangepast sportmateriaal.
cap te staan om kans op slagen te maken.
Informatie Veel personen met een handicap leiden een geïsoleerd bestaan.
Organisatorische knelpunten
Zij blijken dus ook moeilijk de kanalen te vinden waar zij terecht kunnen voor informatie over gehandicaptensport. Zij argumenteren dat er onvol-
Kosten Het aanbieden van sport voor personen met een handicap kan bij-
doende informatie over aangepast sporten bestaat. Deze informatie is te
komende kosten vergen maar hoeft niet altijd een grote meerkost te bete-
verkrijgen bij de contactpersonen van de Provinciale Sportdiensten of bij
kenen. Zo is er een aantal sporttakken die weinig aanpassingen en dus
de gehandicaptensportfederaties.
weinig extra kosten vergen zoals bijvoorbeeld badminton en tafeltennis. Gaat het om personen met een verstandelijke handicap dan zal de meerkost zich vooral situeren in de extra begeleiding voor, tijdens en na het
KNELPUNTEN VOOR SPORTCLUBS
sportgebeuren. Sportbeoefening voor personen met een psychische beperking brengt geen extra kosten met zich mee.
Onbekend maakt onbemind ! Gewone sportclubs staan dikwijls huiverachtig tegenover het idee om per-
Aanpassingen Afhankelijk van de doelgroep die men beoogt en de sporttak
sonen met een handicap in hun sportclub toe te laten om te sporten. Vaak
die men wil beoefenen zal de meerkost al dan niet groot zijn voor wat
hebben zij personen met de zwaarste motorische en verstandelijke beper-
betreft materiaal of accommodatie. Indien men bijvoorbeeld een rolstoel-
kingen voor ogen. Onbekend maakt onbemind! De ervaring leert echter
basketbalclub wil oprichten zal men diep in de geldbeugel moeten tasten
57
58
HOOFDSTUK 3
KNELPUNTEN VOOR SPORTDEELNAME DOOR PERSONEN MET EEN HANDICAP
voor de aanschaf van sportrolsotelen. Voor personen die niet-rolstoelge-
Omvang van de doelgroep Een gebrek aan voldoende deelnemers met een
bonden zijn moet er niet altijd specifiek sportmateriaal aangekocht wor-
bepaalde handicap kan een reden zijn om af te zien van het aanbieden van
den. Meestal kan er zonder problemen met hetzelfde materiaal en op het-
aangepaste sportactiviteiten in de sportclub. Men moet er zich van bewust
zelfde veld gesport worden.
zijn dat het aantal deelnemers meestal heel gering zal zijn. Anderzijds moet men vooraf bepalen wat het maximumaantal deelnemers met een handi-
Tijdstip en plaats Het zal noodzakelijk zijn om een geschikt tijdstip te vinden om
cap kan zijn in relatie tot de beschikbare vrijwilligers die de vereniging heeft.
aangepast sporten aan te bieden. Dit hangt, zoals eerder vermeld, af van de doelgroep die men beoogt. Het beschikbaar zijn van een sportveld op een
Verzekering Een belangrijk knelpunt is de onzekerheid of leden met een
geschikt tijdstip kan echter een probleem zijn. Om een maximale integratie te
handicap voldoende verzekerd zijn via de verzekering van de sportclub.
verkrijgen is het ideaal dat er samen of tegelijkertijd kan gesport worden met
Hiervoor zal de club moeten overleggen met haar sportfederatie. Als blijkt
de andere leden van de vereniging binnen dezelfde ruimte.
dat de verzekering niet toereikend is, zal moeten contact gezocht worden met de erkende gehandicaptensportfederaties die wel een aangepaste
Informatie Het is moeilijk om de informatie over sportmogelijkheden bij de
sportverzekering kunnen aanbieden. Dit betekent echter dubbel lidgeld,
potentiële deelnemers te krijgen. Omwille van de privacywet kunnen nergens
zowel voor de sportfederatie als voor de gehandicaptensportfederatie.
zomaar adressenlijsten verkregen worden. Daarom zal veel aandacht moe-
Op dit moment zijn er al welbepaalde afspraken tussen een aantal valide
ten besteed worden aan de manier waarop promotie zal gevoerd worden.
sportfederaties en de gehandicaptensportfederaties waardoor geen dubbel lidgeld hoeft betaald te worden.
Trainers en andere begeleiders Het vinden van deskundige trainers is niet altijd gemakkelijk. Training geven aan niet-gehandicapte personen is anders dan training geven aan personen met een handicap. De trainers moeten bereid zijn zich bij te scholen op dit gebied. Daarbij komt dat het aantal beschikbare opleidingen of bijscholingen gering zijn, waardoor er op dit moment niet zoveel gekwalificeerde trainers of begeleiders kunnen gevonden worden. Naast deze trainers zijn er ook vrijwilligers nodig die de deelnemers met een handicap extra begeleiden tijdens de sportsessies of trainingen. Het niet vinden van genoeg vrijwilligers kan een knelpunt betekenen.
59
4
PLAN VAN AANPAK
PLAN VAN AANPAK
4
PLAN VAN AANPAK
In dit hoofdstuk wordt in vier fases uitgelegd hoe je als club concreet te werk kunt gaan om te starten met een G-afdeling. Het is een model dat rekening houdt met een aantal factoren zoals o.a. het peilen naar interesse binnen de club, het afbakenen van de doelgroep, het bepalen van de doelstellingen, etc. In dit hoofdstuk wordt een ideaal scenario voorgesteld. Het is niet noodzakelijk dat iedere fase letterlijk gevolgd wordt. In de praktijk zullen de verschillende fases vaak in elkaar overlopen.
FASE I ORIËNTERINGSFASE Creëren van een draagvlak In deze fase gaat het bestuur brainstormen, nadenken over de haalbaarheid van het project. Meestal groeit het idee om een G-afdeling op te richten spontaan, via een familielid van een gehandicapt kind of een clublid dat werkzaam is in de gehandicaptensector. Het is ook mogelijk dat de vereniging reeds mensen van deze doelgroep in haar ledenbestand heeft. In deze fase is het ook aanbevolen om informatie in te winnen bij een deskundige, vb. iemand van een G-sportfederatie of de Provinciale Sportdienst. Het uitgangspunt is dat de club achter het initiatief staat. De kans op slagen is groter naarmate dit initiatief door verschillende mensen binnen de club gesteund wordt. Vaak zullen er weerstanden zijn bij bepaalde leden. Belangrijk is dat hier op voorhand over gesproken wordt. Een goede voorlichting kan angsten en weerstanden wegnemen. Alle partijen moeten zich goed voelen anders heeft het geen zin om ermee te beginnen.
63
64
HOOFDSTUK 4
PLAN VAN AANPAK
Het aantrekken van leden met een handicap kan voor de vereniging
Praktisch
bovendien enkele voordelen opleveren:
•
Is de sportaccommodatie toegankelijk? Is ze goed bereikbaar met het openbaar vervoer? Is er specifiek sportmateriaal ter beschikking?
•
bijdrage tot de maatschappelijke integratie van personen met een handicap
•
•
positief imago en verrijking voor de club
•
•
het aantrekken van nieuwe vrijwilligers
•
groei van het ledenbestand
In verband met de omgevingsfactoren Zijn er scholen van Buitengewoon Onderwijs, instellingen voor gehandi-
Analyseren van de situatie
captenzorg, initiatieven van begeleid wonen of beschutte werkplaatsen in
Men kan de huidige situatie ontleden door op voorhand een aantal vragen
de buurt? Zijn er reeds sportverenigingen in de buurt die een aanbod heb-
te stellen. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de eigen situa-
ben? Welke sporttakken bieden zij aan? Hoe is het gemeentelijk beleid
tie en de omgevingsfactoren.
t.a.v. personen met een handicap? Is de gemeente bereid om mee te werken? Wat is het standpunt van de lokale adviesraden: gemeentelijke
Voorbeelden van vragen die je kunt stellen zijn:
sportraad, gehandicaptenadviesraad? Is er ondersteuning van de provincie of (gehandicapten)sportfederaties? Zijn er subsidiemogelijkheden via
In verband met de eigen situatie
de gemeente/provincie of andere kanalen? Ondermijnen wij met ons initiatief niet de werking van een reeds bestaande specifieke G-sportclub in
Algemeen
de gemeente?
•
Wat is de maatschappelijke visie van de club?
•
Is er een specifieke vraag?
Je kunt best eens een kijkje gaan nemen bij een sportclub die reeds erva-
•
Hoe is het beleid van de club?
ring heeft met deze doelgroep. Bij de werving van leden zul je ook steeds
•
Zijn er al leden met een handicap aangesloten bij de club?
rekening moeten houden met het feit dat de leden niet alleen uit de eigen
Omkadering
gemeente komen, maar dat men moet gaan werven in heel de regio. G-
•
Zijn er geïnteresseerde trainers? Wensen zij zich bij te scholen?
sportclubs hebben steeds een bovenlokaal karakter. Daarom is het
•
Beschikt de club over voldoende vrijwilligers om een G-sportafdeling op
belangrijk om na te gaan of er reeds initiatieven bestaan in de omliggen-
te richten?
de gemeenten. Samenwerken en afstemmen van het aanbod is noodza-
Zijn er nog trainingsuren vrij? Hoe laat? Is er voldoende ruimte?
kelijk om elkaar niet voor de wielen te rijden.
•
65
66
HOOFDSTUK 4
Afbakenen van de doelgroep Het is belangrijk dat je op voorhand de doelgroep duidelijk afbakent. De gehandicapte bestaat niet! De onderlinge verschillen zijn zeer groot. Je kunt geen initiatief nemen waarbij alle soorten handicaps aan bod komen. Er zijn personen met een lichte handicap of beperking die perfect kunnen functioneren in de gewone afdelingen. Bij personen met een matige tot ernstige handicap is het vaak noodzakelijk één-op-één begeleiding te voorzien. Iemand die in een rolstoel zit vraagt een andere aanpak dan iemand die slechtziend is. Dit zijn allemaal factoren waarmee rekening moet gehouden worden bij het bepalen van de doelgroep. Enkele criteria voor het bepalen van de doelgroep: Aard van handicap
vb. verstandelijk of lichamelijk; type 1 en 2 Buitengewoon Lager Onderwijs
PLAN VAN AANPAK
FASE II PLANNINGSFASE Oprichten van een werkgroep Deze werkgroep ontstaat meestal spontaan door de initiatiefnemers van het project. Belangrijk is dat deze werkgroep evenwichtig is samengesteld uit o.a. een delegatie van de ouders, de gehandicapte sporters zelf, een vertegenwoordiger van het hoofdbestuur, iemand van de trainersstaf, een afgevaardigde van een school Buitengewoon Onderwijs of uit een instelling van gehandicaptenzorg. Het is van groot belang dat er steeds een link is met het hoofdbestuur. Een goede communicatie tussen het hoofdbestuur en de werkgroep is van cruciaal belang. Binnen deze werkgroep kan een aantal taken afgesproken worden. Wie is de voorzitter? Wie beheert de financiën? Wie verzorgt het secretariaat? Wie is de contactpersoon?
Leeftijd Geslacht Aantal
vb. maximum 10 leden per groep
Formuleren van doelstellingen De doelstellingen moeten zo concreet mogelijk geformuleerd worden. Best kan men ze ook op papier zetten, zodat er naderhand geen nodelo-
Sporttak
ze discussies volgen.
Informeren van de clubleden
Mogelijke aandachtspunten bij het formuleren van doelstellingen kunnen
Het is van belang om de leden te informeren over de activiteiten die op stapel staan. Iedereen moet goed voorbereid zijn op de komst van personen met een handicap. Dit kan o.a. gebeuren via een algemene vergadering of via het clubblaadje.
de volgende zijn. •
Er wordt sport aangeboden op recreatief niveau: er worden alleen aangepaste trainingen aangeboden.
•
De activiteiten worden aangeboden voor leerlingen uit het Buitengewoon onderwijs type 1,2 en OV 1 en 2 vanaf 10 jaar.
67
68
HOOFDSTUK 4
PLAN VAN AANPAK
Indien de G-afdeling meer dan 10 deelnemers heeft wordt er een hulp-
Promotiecampagne
trainer ingeschakeld.
De promotiecampagne is een belangrijk onderdeel van het actieplan.
Er wordt gesport op competitieniveau: deelname aan tornooien en
Het is niet altijd eenvoudig om personen met een handicap te bereiken.
competities.
Personen met een verstandelijke handicap en sporters met psychische
De personen met een handicap zijn volwaardig lid van de vereniging,
beperkingen zijn gemakkelijker te bereiken aangezien zij meestal in scho-
betalen lidgeld en nemen deel aan alle clubactiviteiten.
len voor bijzonder onderwijs, bezigheidshomes, dagcentra, etc. verblijven.
•
Het lidgeld moet zo laag mogelijk gehouden worden.
Personen met een lichamelijke handicap zijn moeilijker te bereiken omdat
•
De trainers moeten zich minstens één keer per jaar bijscholen.
zij meestal het gewone onderwijs volgen of thuis verblijven.
•
De reglementen moeten aangepast worden.
•
Start- en einddatum van het project.
•
•
•
Het bereiken is één zaak, ze sensibiliseren en ter plaatse krijgen is een andere zaak. Het is niet vanzelfsprekend dat deze mensen gaan sporten.
Opstellen van het actieplan
Ze verblijven vaak in een beschermd milieu, hebben een sedentaire
Het opstellen van het actieplan is één van de belangrijkste fases van het
levensstijl, kunnen zich niet zelfstandig verplaatsen of de directe omgeving
project. Het is een concreet werkdocument waarop het hele project is
(ouders, opvoeders) is niet geïnteresseerd.
gebaseerd.
Daarom is het belangrijk de promotie zo gericht mogelijk te voeren.
Hieronder tref je een opsomming aan van elementen die moeten vermeld worden in het actieplan. Het is een zo volledig mogelijke lijst van elemen-
De volgende kanalen zijn geschikt voor een gerichte promotie
ten waarmee je rekening moet houden bij het starten van een G-afdeling.
Mondelinge reclame / Infovergadering in een instelling of school /
Het is niet noodzakelijk dat je ieder punt tot in detail gaat uitwerken maar
Verspreiden van folders en flyers via sportdiensten, gehandicaptenad-
dat je vooral de grote lijnen vermeldt zodat je steeds een houvast hebt
viesraden, belangengroepen o.a. Katholieke Vereniging voor
waarop je je kunt baseren.
Gehandicapten (KVG), Vlaamse Federatie voor Gehandicapten (VFG), dokters, kinesisten, scholen (oudercomités) / Website / Regionale pers:
Doelgroep / Doelstellingen / Plaats / Uur / Aanbod / Contactpersoon /
vrije radio, regionale TV / Gemeenteblaadjes / Schoolkrantjes /
Trainersstaf / Start- en einddatum project / Datum kennismakingsactivi-
Eigen clubblad
teit / Verzekering / Promotiecampagne / Materiaal / Medische fiche / Kostprijs / Evaluatie
69
70
HOOFDSTUK 4
Voorbeeld van een actieplan
PLAN VAN AANPAK
Contactpersoon •
Project Oprichten van een G-voetbalafdeling in een gewone voetbalvereniging
•
trainer Y (naam, adres, tel.)
•
hulptrainers (naam, adres, tel.)
leerlingen uit het buitengewoon onderwijs (type 1 en 2, OV 1 en 2) van
•
begeleiders (naam, adres, tel.)
10 jaar tot 18 jaar
Start- en einddatum project
Doelgroep •
Doelstellingen •
Persoon X (naam, adres, tel.)
Trainersstaf
•
van 1 september tot 15 november: lessenreeks van 10 trainingen
het aanbieden van aangepaste voetbaltrainingen door een gediplo-
Kenningsmakingsactiviteit
meerde voetbaltrainer
•
zondag 24 augustus om 10.00 u.
•
deelnemen aan de provinciale G-voetbalcompetitie en G-voetbaltornooien
•
tijdens deze activiteit kan men bijvoorbeeld komen kennismaken met de
•
de G-voetballers zijn volwaardig lid van de vereniging en worden uitgenodigd voor alle clubactiviteiten
Partners •
•
Verzekering
voor gehandicaptenzorg
•
de trainingen en wedstrijden vinden plaats op de jeugdterreinen trainingen iedere zondagvoormiddag van 10.00 tot 11.30 u. behalve op
•
•
veldvoetbal 7 tegen 7
Bestuur •
flyers verspreiden in de scholen van het buitengewoon onderwijs in de buurt
•
toelichting tijdens een vergadering van het oudercomité school Buitengewoon Onderwijs
feestdagen Aanbod
de leden zijn verzekerd via de landelijke sportfederatie
Promotiecampagne
Uur •
het lidgeld bedraagt € 25,00
Gemeentelijke Sportdienst, Provinciale Sportdienst, KBVB, instelling
Plaats •
clubwerking, er wordt vrijblijvend een initiatietraining aangeboden Lidgeld
•
advertentie in het gemeenteblaadje en op de website van de gemeente
•
advertentie in regionale reclameblaadjes
•
mond tot mondreclame
het bestuur van de G-afdeling is als volgt samengesteld: afgevaardig-
Materiaal
de(n) hoofdbestuur, afgevaardigde(n) ouders, opvoeder van de instelling
•
er mag gebruikgemaakt worden van het materiaal van de vereniging: ballen, kegels, doelen, belijning
71
72
HOOFDSTUK 4
•
de materiaalmeester van de vereniging zorgt voor het beheer van het
gehouden. Dit betekent dat de kosten zo laag mogelijk zijn, desnoods
materiaal
gratis, zeker in de beginfase. De deelnemers moeten eerst kunnen proe-
Uitrusting •
sportkleding, voetbalschoenen en scheenbeschermers zijn verplicht
Medische fiche •
•
PLAN VAN AANPAK
ven van de clubwerking en de sporttak zonder dat hiervoor hoge eisen worden gesteld inzake lidgelden en spelregels. Het aanbod moet afgestemd worden op de mogelijkheden van de deelnemer.
de trainer of begeleider legt een medische fiche aan van iedere G-voetballer, deze fiche is steeds aanwezig tijdens de trainingen en wedstrijden
Start trainingen
deze fiche kan de volgende informatie bevatten: o.a. medische gege-
Op de afgesproken datum wordt er gestart met de trainingen. In het begin
vens, gedragskenmerken, adres en telefoonnummer contactpersoon
zal er een groot onderling niveauverschil zijn tussen de deelnemers.
Kostprijs
Algemeen kun je stellen dat de groep uit maximaal een 10-tal deelnemers
•
er wordt een raming gemaakt van de uitgaven en inkomsten
moet bestaan. Indien er meer deelnemers zijn moeten bijkomende hulp-
•
bijkomende inkomsten worden gezocht via acties (vb. wafelenverkoop),
trainers ingeschakeld worden.
sponsoring, subsidies (gemeente, provincie, ...) Evaluatie •
•
Leden inschrijven
na 5 trainingen wordt er een tussentijdse evaluatie gemaakt met de
Het uiteindelijke doel is dat de personen met een handicap zich inschrijven
werkgroep
na een kennismakingsperiode. Dit kan bijvoorbeeld na een proefperiode
na afloop van het project wordt er een grondige evaluatie gemaakt en
van 3 trainingen. Houd er rekening mee dat de lidgelden democratisch zijn.
samen met het hoofdbestuur bekeken of het project voortgezet wordt.
Contactpersoon Binnen de werkgroep moet er een contactpersoon aangeduid worden.
FASE III UITVOERINGSFASE
Deze persoon zal dan in de toekomst het aanspreekpunt blijven, hij vormt ook de link met het hoofdbestuur. Vooral voor personen met een verstan-
Organiseren van kennismakingsactiviteiten
delijke handicap en personen met een psychische beperking is dit belang-
Om de persoon met een handicap warm te maken voor jouw sportclub is
rijk aangezien zij nood hebben aan een houvast en duidelijke structuren.
het organiseren van initiatiedagen, sportinstuiven of kennismakingslessen
De contactpersoon en/of trainer kan best een fiche met medische en per-
aangewezen. Belangrijk hierbij is dat de drempel zo laag mogelijk wordt
soonlijke gegevens aanleggen van de leden. Vaak gaat de handicap
73
74
HOOFDSTUK 4
gepaard met bijkomende aandoeningen of gedragsproblemen en als trai-
PLAN VAN AANPAK
•
ner moet men weten hoe te handelen als er onverhoopt iets mis gaat.
Kon de trainer zich aanpassen aan het niveau van de groep? Werden de trainingen op maat aangeboden?
Mensen met een verstandelijke handicap kunnen zich niet altijd op de juis-
•
Zijn er voldoende vrijwilligers die de trainer kunnen helpen?
te manier uitdrukken. Bij het verzamelen van de medische gegevens moet
•
Zijn de trainingsuren en de ruimte geschikt? Is het materiaal aangepast?
men wel rekening houden dat deze gegevens steeds vertrouwelijk behan-
•
Waar liggen de knelpunten?
deld worden. De trainer kan deze fiches best steeds bij zich hebben tij-
•
Zijn de financiële middelen toereikend?
dens de trainingen en wedstrijden. De gegevens kunnen verzameld worden bij een kennismakingsgesprek tijdens de eerste trainingen.
Toekomstplanning Na een grondige eindevaluatie kan bekeken worden of het project voortgezet wordt. In het meest gunstige geval kan overwogen worden om het
FASE IV EVALUATIEFASE
project uit te breiden of het een permanent karakter te geven. In dat geval kan de werkgroep omgevormd worden tot een bestuur voor de G-afde-
Tussentijdse evaluatie Als het project enkele weken loopt kan je best al eens evalueren. Dit kan informeel via gesprekken met de deelnemers of begeleiders, maar het is ook aangewezen om bijv. na vijf trainingen een vergadering te beleggen met de werkgroep en te bekijken waar er bijgestuurd moet worden.
Einde project Na afloop van het project moet er een grondige evaluatie gebeuren. Hierbij kun je alle stappen van het actieplan systematisch overlopen. Tijdens deze evaluatie kun je de volgende vragen stellen •
Zijn de doelstellingen bereikt?
•
Was er voldoende respons? Hebben we onze doelgroep bereikt? Waren er voldoende deelnemers?
ling naar analogie met bijv. jeugdbesturen die in vele sportclubs bestaan.
75
5
ALGEMEEN BESLUIT
ALGEMEEN BESLUIT
5
ALGEMEEN BESLUIT
Sport voor personen met een handicap krijgt de laatste jaren steeds meer aandacht. Nooit was de mediabelangstelling zo groot dan tijdens de Paralympics in Athene 2004. Met een beperkte delegatie van slechts 26 atleten wisten onze paralympische atleten 7 medailles in de wacht te slepen. Ook de Special Olympics Belgium die ieder jaar tijdens het OnzeLieve-Heer-hemelvaartweekend worden georganiseerd, kunnen rekenen op veel belangstelling van pers en publiek. Toch is de sportparticipatie van personen met een handicap nog zeer klein in vergelijking met de reguliere sportbeoefening. Onderzoek heeft aangetoond dat slechts 3% van de gehandicapte populatie regelmatig aan sport doet. Dit betekent dat er nog veel werk aan de winkel is om de sportparticipatie te verhogen. Om meer personen met een handicap aan het sporten te krijgen op regelmatige basis en in kwaliteitsvolle omstandigheden, is het noodzakelijk dat er meer sportmogelijkheden gecreëerd worden. Daar waar het mogelijk is moet dit zoveel mogelijk geïntegreerd gebeuren in bestaande sportclubs. Vandaar dat we ook steeds meer de term G-Sport hanteren. Deze term staat niet alleen voor gehandicaptensport maar ook voor geïntegreerd sporten. Toch is het niet vanzelfsprekend om een G-afdeling in een gewone sportclub op te richten. Als de intentie er is om een G-afdeling op te richten, weten de sportclubs vaak niet goed hoe ze eraan moeten beginnen. De trainers zijn niet opgeleid, de sportaccommodatie is niet aangepast, men weet niet waar
79
80
HOOFDSTUK 5
ALGEMEEN BESLUIT
en hoe ze de gehandicapten moeten bereiken, de geïnteresseerden geraken
een sportvereniging is steeds een langdurig proces. Het beste is om klein-
niet op de sportclub omdat er geen aangepast vervoer is. Kortom, er zijn tal
schalig te starten en langzaam te groeien. Indien de uitbouw van een der-
van knelpunten die veel sportclubs beletten om de stap te zetten.
gelijk project weloverwogen en gestructureerd gebeurt zal de kans op succes des te groter zijn. Zo kunnen steeds meer personen met een handicap
In deze brochure hebben we getracht tips en suggesties mee te geven die bruikbaar zijn bij het oprichten van een G-afdeling. In het eerste hoofdstuk hebben we een beeld geschetst van de organisatievormen in en buiten België. Er bestaan zeer veel organisatievormen, zeker in Vlaanderen. Het is moeilijk om door het bos de bomen te zien. We hebben getracht duidelijkheid te scheppen in "Wie doet wat voor wie?". Indien de G-sport in Vlaanderen verder wenst te ontwikkelen zullen alle (gehandicapten)-sportfederaties en organisaties die zich bezighouden met G-sport de handen in elkaar moeten slaan. Hoofdstuk twee geeft een overzicht van de soorten handicaps. Dit is belangrijke informatie aangezien de onderlinge verscheidenheid zeer groot is en de persoon met een handicap niet in één hokje te plaatsen is. Hoofdstuk drie laat zien dat er rekening gehouden moet worden met een aantal knelpunten. Knelpunten die persoonsgebonden zijn maar ook in de directe omgeving kunnen er belemmeringen zijn. Het wegwerken van deze knelpunten is een uitdaging waar we voorstaan. In hoofdstuk vier ten slotte wordt in vier fases een plan van aanpak voorgesteld. Belangrijk hierbij is dat het idee gedragen wordt door een aantal mensen in de club en dat er planmatig wordt gewerkt met duidelijke doelstellingen en afspraken. Deze brochure heeft niet de pretentie om allesomvattend te zijn. Het is geen kant-en-klare handleiding die succes garandeert maar wel een hulpmiddel dat je een flink eind op weg kan helpen. Het integreren van G-sporters in
aansluiten bij gewone sportclubs en zal de integratie steeds vlotter verlopen.
81
NUTTIGE ADRESSEN
84
HOOFDSTUK 1
Provinciale Sportdiensten/Brussels Gewest Provincie Antwerpen Vera Adams Huis van de Sport Boomgaardstraat 22 bus 1 2600 Antwerpen T 03 240 62 97 F 03 240 62 99 E
[email protected] W www.sportdienstprovant.be Provincie Limburg Ronny Wasiak Provinciale Sportdienst Universiteitslaan 1 3500 Hasselt T 011 23 72 60 F 011 23 72 10 E
[email protected] W www.limburg.be/sport Provincie Vlaams-Brabant Lieve Callens Provinciale Sportdienst Provincieplein 1 3000 Leuven T 016 26 76 57 F 016 26 76 51 E
[email protected] W www.vl-brabant.be
NUTTIGE ADRESSEN
Brussels Hoofdstedelijk Gewest Valentine Tack Sportdienst Vlaamse Gemeenschapscommissie Leopold II-laan 178 1080 Brussel T 02 413 04 43 F 02 413 04 31 E
[email protected] W www.digitaalbrussel.be Provincie Oost-Vlaanderen Katrien De Clercq Dienst Sport - CAS Huis van de Sport Zuiderlaan 13 9000 Gent T 09 243 12 42 F 09 243 12 49 E
[email protected] W www.oost-vlaanderen.be Provincie West-Vlaanderen Provinciale Sportdienst Erika De Brabant Doornstraaat 114 8200 Brugge T 050 40 76 86 F 050 40 76 87 E
[email protected] W www.west-vlaanderen.be
Gehandicaptensportfederaties/ Organisaties
Special Olympics Belgium vzw Van der Meerschenlaan 166b T 02 779 93 13
Vlaamse Liga Gehandicaptensport
F 02 779 98 73
(VLG vzw)
E
[email protected]
Huis van de Sport Zuiderlaan 13 9000 Gent T 09 243 11 70 F 09 243 11 79 E
[email protected] W www.vlg.be Vlaamse Federatie voor Sport en Recreatie in de geestelijke gezondheidszorg (Psylos) Valkerijgang 26 3000 Leuven T 016 22 04 15 F 016 23 24 55 E
[email protected] W www.psylos.be Recreatief Aangepast Sporten (Recreas vzw) Sint-Jansstraat 32-38 1000 Brussel T 02 515 02 54 F 02 511 50 76 E
[email protected] W www.recreas.be
W www.specialolympics.be Stichting Vlaamse Schoolsport Steenweg op Jette 229 1080 Brussel T 02 420 06 80 F 02 420 31 71 E
[email protected] W www.schoolsport.be Belgian Paralympic Committee P/a Marathonlaan 1 1020 Brussel T 071 48 99 90 F 071 41 68 77 Vlaamse Trainersschool Zandstraat 3 1000 Brussel Sportkaderopleidingen gehandicaptensport T 02 209 47 24 E
[email protected] W www.bloso.be/public/trainer
85
88
HOOFDSTUK 1
Literatuurlijst
Eindrapport "Determinanten van sportgedrag bij personen met een handicap in Vlaanderen", studie uitgevoerd in opdracht van de Vlaamse Gemeenschap - Vlaams minister van Sport, de heer Marino Keulen; januari 2004; promotoren prof. Y. Vanlandewijck, Ph.D. en P. Van de Vliet, Ph.D.; wetenschappelijke medewerkers B. Gers, J. Van Gestel en V. Tack Faculteit Lichamelijke opvoeding en kinesitherapie, departement revalidatiewetenschappen, onderzoekseenheid adapted physical activity van de Katholieke Universiteit Leuven "Mensen met een handicap in de sportvereniging - Inleiding" "Mensen met een handicap in de sportvereniging - Plan van aanpak - Werving en behoud van leden met een verstandelijke handicap" "Mensen met een handicap in de sportvereniging - Plan van aanpak - Werving en behoud van leden met een lichamelijke handicap" Een uitgave van NOC*NSF (Postbus 302, 6800 AH Arnhem, Nederland) in samenwerking met IOS, NEBAS en NSG ; publicatienummer : NOC*NSF 391 en 392, 2° druk, 2000.