PRAKTIJKNOTITIE BTW 1. Inleiding 2. Fraudesignalen

January 9, 2018 | Author: Anonymous | Category: Engineering & Technology, Industrial Engineering, Supply chain management
Share Embed Donate


Short Description

Download PRAKTIJKNOTITIE BTW 1. Inleiding 2. Fraudesignalen...

Description

PRAKTIJKNOTITIE BTW

Van: Datum: Onderwerp:

1.

VDF btw-specialisten April 2017 Btw en fraudesignalen

Inleiding

Ondernemers die actief zijn als tussenhandelaar van goederen moeten rekening houden met hun btwverplichtingen. Zo moeten er facturen worden uitgereikt, moet er rekening worden gehouden met de toepasselijke btw-tarieven en zijn er allerlei aangifteverplichtingen. Bij internationale goederenverkopen vanuit Nederland kan de handelaar het 0%-tarief toepassen, mits aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. De belangrijkste daarvan is dat aan de hand van (transport)documenten het vervoer naar de eindbestemming kan worden aangetoond. Indien de goederen van Nederland naar een andere EU-lidstaat worden vervoerd, is er een aanvullende voorwaarde: de afnemer moet een geldig btw-identificatienummer verstrekken. Inmiddels is er een behoorlijke hoeveelheid jurisprudentie van rechtbanken, gerechtshoven, de Hoge Raad en het Europese Hof van Justitie verschenen, waar onder andere uit voortvloeit dat indien er sprake is van btw-fraude, het 0%-tarief bij de ondernemer kan worden geweigerd. Dat is zelfs het geval als de ondernemer niet zelf bewust heeft deelgenomen aan de btw-fraude doch onbewust deel is gaan uitmaken van een keten van vooropgezette transacties. Onderdeel van het btw-systeem is ook het recht om btw op aan de ondernemer in rekening gebrachte kosten als voorbelasting terug te vragen. Indien sprake is van btw-fraude in de handelsketen kan het recht op vooraftrek worden geweigerd. Zowel bij de toepassing van het 0%-tarief als het recht op vooraftrek zijn er dus risico’s voor de tussenhandelaar, indien sprake is van fraude door andere partijen in de handelsketen. Het is dus van belang dat de tussenhandelaar zich tijdig realiseert dat er ‘iets niet in de haak is’. Alhoewel geen van de frauderende partijen de tussenhandelaar zomaar op de hoogte zal stellen, kan de tussenhandelaar aan de hand van bepaalde signalen wel bepalen of hij mogelijk onderdeel vormt van een fraude. In deze notitie beschrijven wij een aantal van dergelijke signalen.

2.

Fraudesignalen

Let op, indien een ondernemer te maken heeft met deze signalen wil dat niet direct zeggen dat er sprake is van fraude, maar de ondernemer moet wel waakzaam zijn. Dit omdat in de gevallen waar daadwerkelijk sprake was van fraude, een aantal elementen steeds weer aanwezig is. Ook de Belastingdienst hecht belang aan deze signalen en, zo merken wij in de praktijk, concludeert (te) snel dat er sprake is van fraude, met alle nadelen voor de ondernemer van dien.

Praktijknotitie Btw en fraudesignalen

Pagina: 1/6

PRAKTIJKNOTITIE BTW

2.1

Veel wisselende afnemers

De tussenhandelaar heeft te maken met vaste afnemers en incidentele afnemers. Zodra er gedurende een bepaalde tijd een opvallend aantal nieuwe afnemers zich meldt, die slechts een of een paar keer een order plaatsen, is dat een kenmerk van fraude. Fraudeurs richten een groot aantal B.V.’s op, die elk een beperkt aantal transacties uitvoert om daarna de B.V.’s weer op te heffen. Vaak zitten dezelfde personen of groep van personen achter een dergelijke B.V.-structuur. De B.V.’s verkopen de aangekochte goederen vaak onderling door, waarbij de verkopende B.V. de in rekening gebrachte btw niet afdraagt, terwijl de kopende B.V. de btw wel als voorbelasting terugvraagt. Een aanvullend kenmerk is als de incidentele order direct een grote levering is, qua hoeveelheid en verkoopprijs. Tip: laat de tussenhandelaar de gemiddelde ordergrootte op jaarbasis bepalen. Indien ineens veel incidentele orders plaatsvinden, vergelijk dan de ordergrootte met dit gemiddelde. Zo onderkent de tussenhandelaar het inkoopgedrag van nieuwe afnemers Ook is een fraudesignaal dat alle incidentele kopers vertegenwoordigt lijken te worden door dezelfde persoon of personen. Dat betekent dat de contactpersoon die de order plaatst steeds optreedt voor heel veel verschillende kopers. Daarbij is alertheid geboden als de contactpersoon termen hanteert als ‘stuur de factuur deze keer maar naar B.V. X’ of iets dergelijks. Tip: laat de tussenhandelaar verifiëren of de contactpersoon bevoegd is op te treden namens de kopers. Denk hierbij aan een schriftelijke bevestiging door de directie van de koper of een uittreksel Kamer van koophandel, waaruit blijkt dat die persoon geautoriseerd is

2.2

Veel wisselende contactgegevens

Het kan ook zijn dat de tussenhandelaar te maken heeft met vaste of regelmatige afnemers, die dus niet als incidenteel kunnen worden beschouwd (zie hiervoor onder 2.1). Als de contactgegevens van vaste kopers regelmatig wijzigen, kan dat een signaal zijn van fraude. Hierbij moet men denken aan het meermaals wijzigen van vestigingsadres, het meermaals wijzigen van postadres en het meermaals wijzigen van de contactpersonen. Ook het veel wisselen van telefoonnummers, e-mailadressen en bankgegevens is een kenmerk van fraude. Tip: laat de tussenhandelaar onderzoek doen naar een vestigingsadres van de kopers. Als meerdere kopers ‘alleen’ zijn gevestigd in een business center (een kantoorlocatie waar vele ondernemingen formeel zijn gevestigd, zonder een eigen gehuurde ruimte en zonder dat er eigen personeel aanwezig is), is mogelijk alleen sprake van een ‘brievenbusfirma’ Het meermaals wijzigen van contactgegevens kan ook spelen bij toeleveranciers. De tussenhandelaar zal daar ook alert op moeten zijn. Tip: verifieer regelmatig het btw-identificatienummer van de toeleveranciers. Dit nummer is gekoppeld aan het vestigingsadres. Als het vestigingsadres afwijkt, is dat een signaal om in contact te treden

Praktijknotitie Btw en fraudesignalen

Pagina: 2/6

PRAKTIJKNOTITIE BTW

2.3

Snel succes

Een ander signaal is als nieuwe klanten direct voor grote hoeveelheden met name dure goederen bestellen, terwijl de koper nog maar net actief is. Op zichzelf kan dat geheel legitiem zijn, maar dit kenmerk komt nu eenmaal vaak voor in echte fraudesituaties. In dezelfde categorie valt de situatie dat er een bestuurswisseling is geweest bij een koper, waarna het aantal orders ineens explosief toeneemt. Ook intern kan er bij de tussenhandelaar iets spelen. In onze praktijk had een cliënt een nieuwe verkoper aangetrokken om de omzet een impuls te geven. De nieuwe verkoper was direct succesvol, hij bracht enkele nieuwe klanten aan die direct verantwoordelijk waren voor 25% van de jaaromzet. Hij was daardoor ook direct de best verkopende medewerker. Uiteindelijk bleek na een onderzoek van de FIOD dat deze persoon met de kopers samenwerkte en op deze wijze een btw-fraude hadden opgezet. Kortom, de tussenhandelaar dient te kunnen signaleren aan de hand van de verkopen of er ‘afwijkend’ gedrag valt te onderkennen.

2.4

Lage aankoopprijzen

Dit is een voorbeeld van als iets te mooi is om waar te zijn, dan is dat waarschijnlijk ook zo. Als een tussenhandelaar goederen kan aankopen voor een prijs die onder de normale prijs ligt, dan kan die lage prijs te maken hebben met het feit dat eerder in de handelsketen geen btw is afgedragen. Zeker als een leverancier structureel te lage prijzen hanteert moet de tussenhandelaar zich afvragen of hij daar nog wel goederen wil aankopen. In de Invorderingswet bestaat overigens al een aansprakelijkheidsregeling voor bepaalde goederen, zoals bijvoorbeeld iPads, laptops, spelcomputers, foto- en filmapparatuur en mobiele telefoons. Daarbij is een zogenoemd ‘wettelijk vermoeden’ opgenomen: als de aankoopprijs onder de marktprijs ligt, dan wordt de koper geacht wetenschap te hebben van btw-fraude en kan hij aansprakelijk worden gehouden voor de btw die een verkoper elders in de keten niet heeft afgedragen. De ondernemer heeft binnen deze regeling wel de mogelijkheid om aan aannemelijk te maken dat het voordeel niet is ingegeven door het nietafdragen van btw.

2.5

Rol leverancier

Als een tussenhandelaar wordt benaderd door een leverancier, waarbij de leverancier aangeeft dat hij de goederen direct kan doorverkopen aan een specifieke andere partij, dan kan dat betekenen dat verkoper en afnemer een keten van frauduleuze transacties hebben opgezet. Om de handelsketen een soort schijn van legitimiteit te verschaffen, worden dan bonafide ondernemers er als het ware tussen gezet. In dit kader kan ook een signaal zijn dat de leverancier aangeeft welke verkoopprijs de tussenhandelaar kan / moet hanteren. Tip: bij grotere ondernemingen zouden de afdelingen Inkoop en Verkoop kunnen inventariseren in hoeverre dit voorkomt en / of hoe een en ander kan worden geconstateerd

Praktijknotitie Btw en fraudesignalen

Pagina: 3/6

PRAKTIJKNOTITIE BTW

2.6

Rol koper

Vergelijkbaar met de vorige paragraaf (2.5) is de rol van kopers. De tussenhandelaar wordt door een koper benaderd, met de instructie om de goederen bij bepaalde leveranciers in te kopen. Tip: bij grotere ondernemingen zouden de afdelingen Inkoop en Verkoop eens kunnen inventariseren in hoeverre dit voorkomt en / of hoe een en ander kan worden geconstateerd

2.7

Branchevreemde goederen

Het kan voorkomen dat een tussenhandelaar door een leverancier wordt gevraagd om voor de tussenhandelaar branchevreemde goederen aan te kopen. Het gaat dan om goederen die buiten het reguliere assortiment van de tussenhandelaar vallen. Dit kan ook worden gevraagd door kopers. Ook hier is de achtergrond het in de handelsketen tussenplaatsen van bonafide ondernemers. Ook als een tussenhandelaar wordt gevraagd deel te nemen aan parallelhandel (handel waarbij goederen zonder toestemming van de producent worden geïmporteerd of verhandeld), is het raadzaam daar niet in mee te gaan.

2.8

Betalingen

De wijze van betaling is voor de heffing van btw op zich niet relevant. Contante betalingen bij verkopen waarover btw is verschuldigd, leiden gewoon tot een btw-afdracht bij de tussenhandelaar. Alleen de contante betaling in combinatie met een intracommunautaire afhaaltransactie is wel een fraudesignaal. Een intracommunautaire transactie is een verkoop van goederen, waarbij goederen vanuit een EU-lidstaat naar een andere EU-lidstaat worden verzonden. Als een tussenhandelaar vanuit Nederland goederen verkoopt naar een bestemming in de EU, kan het 0%-tarief worden toegepast als het vervoer naar die andere EU-lidstaat kan worden aangetoond en de koper een geldig btw-identificatienummer van een andere EUlidstaat verstrekt (bij voorkeur een btw-identificatienummer van de EU-lidstaat waar de goederen naartoe gaan). Bij afhaaltransacties is de koper verantwoordelijk voor het vervoer naar die andere EU-lidstaat. Dat betekent dat de verkoper niet altijd beschikt over transportdocumenten, die nodig zijn om de juiste toepassing van het 0%-tarief aan te tonen. Achteraf kan de koper dergelijke documenten ter beschikking stellen, doch de verkoper is dus afhankelijk van de koper. Uit het beleid van de Staatssecretaris (meer in het bijzonder het Voorschrift Tabel II) blijkt dat een betaling van een buitenlandse bankrekening een indicatie is van grensoverschrijdend vervoer. Bij contante betaling bij een afhaaltransactie valt die indicatie weg. In aanvulling daarop, juist bij contante betaling is moeilijker te traceren voor wie de goederen bestemd zijn. Dit alles maakt dat bij een afhaaltransactie er een risico bij de verkoper optreedt: hij kan niet vaststellen of de goederen daadwerkelijk Nederland verlaten én door de contante betaling kan de koper niet via de bankgegevens worden getraceerd. Bij grensoverschrijdende btw-fraudes is contante betaling een veel voorkomend kenmerk.

Praktijknotitie Btw en fraudesignalen

Pagina: 4/6

PRAKTIJKNOTITIE BTW

Tip: ook de Nederlandse Belastingdienst neemt al vaak het standpunt in dat contante betaling in combinatie met een grensoverschrijdende transactie een sterk signaal van fraude is. Dat is naar onze mening wat kort door de bocht, maar met deze wetenschap is het raadzaam dat een tussenhandelaar zo min mogelijk werkt met contante betalingen. Indien de koper alleen contact wil betalen, dan kan de tussenhandelaar ervoor kiezen om zelf het vervoer te (laten) regelen, zodat hij kan beschikken over transportdocumenten van de transporteur Een ander signaal op het gebied van betalingen is dat de leverancier aangeeft dat hij pas betaald hoeft te worden als de tussenhandelaar zelf het geld van zijn afnemer heeft ontvangen.

2.9

Vervoer

In het kader van handelstransacties worden tussen partijen ook afspraken gemaakt over het vervoer. Als een leverancier goederen aan een tussenhandelaar verkoopt, de tussenhandelaar de goederen doorverkoopt aan een afnemer in een andere EU-lidstaat, en de leverancier aangeeft het ‘papierwerk’ van het vervoer te regelen, kan dat een signaal zijn dat er iets niet klopt. Ook als de leverancier of koper expliciet aangeeft welke transporteur moet worden ingeschakeld, is waakzaamheid geboden. Op dat moment is onzeker of de transporteur de goederen inderdaad wel naar de eindbestemming brengt zoals die op het ‘papierwerk’ staat vermeld. Tip: als aan de hand van de leveringscondities / Incoterms de verantwoordelijkheid voor het vervoer bij de tussenhandelaar ligt, laat dan geen andere partij de vervoersdocumenten opstellen

2.10

Verzekering

Als dure goederen worden vervoerd ligt het voor de hand dat er een transportverzekering is of wordt afgesloten. Als dat niet gebeurt, kan dat een indicatie zijn dat het vervoer niet of niet geheel plaatsvindt. De eindbestemming van de goederen is dan onzeker en worden dan mogelijk aan het zicht onttrokken.

2.11

Facturen

Tot de slot de aan- en verkoopfacturen zelf. Alertheid is geboden zodra op een factuur handmatig correcties zijn gemaakt, ongeacht de wijziging(en) zelf. Denk hierbij aan handmatige toevoegingen, doorhalingen of wijzigingen. Ook het onleesbaar maken van bepaalde gegevens valt hieronder. De belastingdienst zal bij een controle hier zondermeer kritisch naar kijken. Ook kan aan de hand van factuurnummers kan een signaal worden opgepikt. Elke factuur moet een uniek factuurnummer hebben, met een opeenvolgende nummering. De oplopende nummering zal normaal gesproken corresponderen met de eveneens oplopende factuurdatum. Het kan raadzaam zijn om te checken of de nummering in overeenstemming is met de factuurdata. Indien deze gegevens niet synchroon lopen, dan kan dat een indicatie zijn dat facturen handmatig (kunnen) worden opgesteld of dat het klaarblijkelijk mogelijk is om bepaalde factuurnummers pas op een later tijdstip te gebruiken.

Praktijknotitie Btw en fraudesignalen

Pagina: 5/6

PRAKTIJKNOTITIE BTW

Daarmee komt de vraag op hoe betrouwbaar de administratie van de leverancier is. Het is niet gezegd dat dit direct fraude is, maar het geeft weer een signaal, welke ook door de Belastingdienst tijdens een boekenonderzoek kan worden geconstateerd. Voorbeeld: een tussenhandelaar koopt in het eerste kwartaal 2017 op vier verschillende momenten goederen van leverancier X. Leverancier X reikt facturen uit: op 15 januari met factuurnummer 2017010, op 15 februari met factuurnummer 2017035, op 2 maart met factuurnummer 2017032 en op 25 maart met factuurnummer 2017043. Het factuurnummer van de factuur van 2 maart ligt vóór het factuurnummer van de factuur van 15 februari

3.

Samenvatting

Deze praktijknotitie gaat in op het herkennen van btw-fraude. Bij veel btw-fraudes valt een aantal steeds terugkerende kenmerken op. Deze kenmerken of signalen zijn in deze notitie opgesomd. Ondernemers die actief zijn in de handel in goederen dienen zich hiervan bewust te zijn. Ook accountants en belastingadviseurs moeten bedacht zijn op deze signalen. Cliënten moeten op dit punt duidelijk worden voorgelicht. Daarnaast geldt dat adviseurs als ‘medepleger’ aansprakelijk kunnen zijn (op basis van de Vierde tranche Awb), waardoor alertheid op zijn plaats is. Als een ondernemer, accountant en / of adviseur te maken heeft met deze signalen, betekent dat niet automatisch dat sprake is van een btw-fraude. Wel moet, ter voorkoming van ongewenste naheffingen, zorgvuldig worden gehandeld en bij twijfel (wellicht) worden afgezien van het afsluiten van handelstransacties met bepaalde partijen en / of personen.

4.

Ten slotte

Mocht u vragen hebben over de inhoud van deze NOAB praktijknotitie, dan kunt u als NOAB-lid in het kader van de NOAB-helpdesk contact opnemen met: NOAB Adviesgroeplid VDF btw-specialisten, dhr. Frank Resseler Tel. 078 – 622 54 52

Voorwaarden en disclaimer Deze praktijknotities zijn specifiek bedoeld voor NOAB-kantoren. Het is niet toegestaan deze te delen met andere partijen. Daarnaast is de disclaimer van kracht die u kunt vinden op www.noab.nl/disclaimer.

Praktijknotitie Btw en fraudesignalen

Pagina: 6/6

View more...

Comments

Copyright � 2017 NANOPDF Inc.
SUPPORT NANOPDF