Zwangerschap en bevalling - nog even - Ziekenhuis Oost

January 9, 2018 | Author: Anonymous | Category: Wetenschap, Health Science, Obstetrics
Share Embed Donate


Short Description

Download Zwangerschap en bevalling - nog even - Ziekenhuis Oost...

Description

Zwangerschap en bevalling nog even

T +32(0)89 32 50 50 F +32(0)89 32 79 00 [email protected]

Campus Sint-Jan Schiepse bos 6 B 3600 Genk Campus Sint-Barbara Bessemerstraat 478 B 3620 Lanaken Medisch Centrum André Dumont Stalenstraat 2a B 3600 Genk

WELKOM

INHOUDSTAFEL

De artsen, vroedvrouwen en andere medewerkers van de raadpleging, verloskamer en materniteit hebben een jarenlange ervaring met de begeleiding van toekomstige ouders. Zij ondervinden dagelijks dat informatie steeds belangrijker wordt. Daarom werd deze brochure ontwikkeld, als hulpmiddel tijdens de zwangerschap en als voorbereiding op de bevalling.

1. Zwangerschap 2. Arbeid & Bevalling

14

3. Naar de kraamafdeling

29

4. Partner

34

5. Varia

35

6. Tot slot

36

Indien u na het doornemen van deze brochure nog vragen heeft, dan kan u hiermee steeds terecht bij uw gynaecoloog of bij de vroedvrouw van de raadpleging, verloskamer of materniteit. Zij zullen u graag meer uitleg geven. Het team van gynaecologen, vroedvrouwen en verpleegkundigen wenst u alvast een aangename zwangerschap, een vlotte bevalling en een prettig verblijf.

Inhoudsverantwoordelijke: dr. C. Vanholsbeke (Gynaecoloog) | Februari 2017 2

3

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

01

ZWANGERSCHAP

Gedurende uw zwangerschap zal u regelmatig op controle komen bij de gynaecoloog en vroedvrouw. Het verloop van uw zwangerschap wordt daarbij genoteerd in uw zwangerschapsdossier. Daarnaast krijgt u een zwangerschapsmap van Kind & Gezin. Deze map dient u telkens u op raadpleging komt mee te brengen. Ook wanneer u naar de huisarts gaat, neemt u deze map best mee. Zo is de huisarts steeds op de hoogte van het verloop van uw zwangerschap. De raadplegingen zijn steeds op afspraak. Deze kunnen vastgelegd worden via het centraal afsprakenbureel. Het is aangewezen gemiddeld één keer per maand op raadpleging te komen. Vanaf 30 weken (7 maanden) verhoogt deze frequentie.

1.1 Levenswijze

Tijdens de zwangerschap wordt een gezonde levenswijze aangeraden. Dit wil zeggen dat er enkele aandachtspunten zijn: • Wees voorzichtig met geneesmiddelen, raadpleeg bij twijfel



• •

• •

• •

• •

steeds uw huisarts, gynaecoloog, apotheek of vroedvrouw. Roken is ten zeerste af te raden. De stap zetten om te stoppen of te minderen is echter niet zo makkelijk. Indien u graag een ondersteunend gesprek met een tabakologe heeft, kan dit steeds in het Ziekenhuis Oost-Limburg (Campus Sint-Jan) plaatsvinden. Iedereen krijgt 8 terugbetaalde begeleidingssessies. U kan hiervoor bellen op T 089 32 56 84 of T 089 32 56 86. Gebruik geen alcohol. Eet een gezonde en gevarieerde voeding (gewichtstoename van 10-15 kg maximaal na te streven, bij een tweeling 17 tot 20 kg maximaal) Eet veel groenten, fruit en graanproducten. Wees matig in het gebruik van suikers en zoetigheden en vermijd kunstmatige zoetstoffen. Drink veel water en melkproducten. Neem regelmatig lichaamsbeweging, maar doe geen competitie – of topsport. Neem voldoende rust. Neem vanaf het stoppen met

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

3

de anticonceptie tot de eerste drie maanden van de zwangerschap dagelijks 0.4 mg Foliumzuur in. Dit werkt preventief voor neurale-buisdefecten (bv. open rug) bij de foetus. Daarna kunt u zwangerschapsvitaminen gebruiken, eventueel met Omega 3 verrijkt, gedurende de hele zwangerschap.

1.2 Infectieziekten

Daarnaast zijn er enkele besmettingen door voeding en/of levenswijze mogelijk die risico’s inhouden voor uw baby. Om deze te voorkomen zijn er enkele voorzorgsmaatregelen die genomen moeten worden: Listeria wordt veroorzaakt door een bacterie. Een besmetting hiermee kan leiden tot aangeboren afwijkingen bij de baby en vroeggeboorte. • Eet geen zuivelproducten op basis van niet-gepasteuriseerde melkproducten en geen kazen op basis van rauwe melk. • Vermijd het eten van Franse schimmelkaas of huisgemaakte paté. 4

Salmonella wordt veroorzaakt door een bacterie waarbij maagen darmproblemen bij de moeder optreden. Deze kunnen vroegtijdige contracties van de baarmoeder veroorzaken. Het eten van rauwe eieren en onvoldoende gekookte schaal- en schelpdieren wordt daarom afgeraden. Toxoplasmose (ook wel kattenziekte in de volksmond genoemd) is een infectieziekte. Deze wordt veroorzaakt door een parasiet en dient vermeden te worden tijdens de zwangerschap omdat er daardoor aangeboren afwijkingen bij de baby kunnen ontstaan. Door middel van een bloedafname in het eerste trimester kan bepaald worden of u beschermd bent of niet. Indien u niet beschermd bent, of u weet de uitslag niet, kan u best een aantal voorzorgsmaatregelen in acht nemen: • U eet best geen rauw vlees (filet américain,…). • Fruit en rauwe groenten dienen goed gewassen te worden. • Contact met katten mag, wanneer u goed uw handen wast

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

• •





zeker voor u voedingsmiddelen aanraakt. De kattenbak kan verschoond worden met handschoenen of door iemand anders. Ook in de tuin werken gebeurt best met handschoenen aan. Was uw handen zorgvuldig na het bewerken van rauw vlees en groenten. Verwarm vlees voldoende hoog en voldoende lang (60°C, 15 minuten). Gerookte voedingswaren zijn veilig.

Cytomegalovirus: Indien u (beroepsmatig) regelmatig in contact komt met kinderen jonger dan 5 à 6 jaar, moet u zichzelf beschermen voor een besmetting met het Cytomegalovirus tijdens de zwangerschap. Naar schatting heeft in ons land ongeveer 1% van de levend geboren baby’s een aangeboren CMV-besmetting zonder enig nadeel. Slechts in circa 3 op 1.000 geboortes heeft de baby ernstige letsels ten gevolge van CMV, zoals doofheid of mentale stoornissen. Een CMV-infectie manifesteert zich klinisch als een

griep, doch kan ook optreden zonder symptomen. Personen, die op volwassen leeftijd nog niet immuun zijn tegen CMV, kunnen besmet geraken. Dit kan achterhaald worden door een bloedafname. Om deze besmetting te voorkomen, kunnen voorzorgsmaatregelen genomen worden: • Was steeds zorgvuldig uw handen met water en zeep na contact met speeksel of urine. • Vermijd mondcontact: neem geen gebruikt eetgerei van het kind in uw mond en geef geen kusjes op de mond van het kind. Let erop dat u de fopspeen niet in uw mond stopt.

1.3 Prenatale screening en diagnostiek

Nekplooimeting Bij de eerste echo rond 12 weken zal de arts de nekplooi meten. De nekplooi is niet meer dan het vocht onder de huid van de baby ter hoogte van de nek. Bij alle baby’s zit er op 12 weken wel een beetje vocht, maar bij kindjes met het Syndroom van Down en/of

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

5

bepaalde andere afwijkingen is de nekplooi vaak abnormaal dik (>3.5 mm). Daarnaast is het mogelijk om vóór de geboorte een schatting te maken van de kans dat uw baby het Syndroom van Down heeft. Deze testen zijn niet verplicht en u beslist dus zelf of u ze laat uitvoeren en welke test u verkiest. Combinatietest U kan kiezen voor de combinatietest. Dit is een test die op basis van uw leeftijd, de dikte van de nekplooi van uw baby (die we echografisch op 12 weken meten) en een bloedonderzoek (tussen 9 en 12 weken of tussen 14 en 18 weken geprikt) u zal zeggen of u een lage of een verhoogde kans heeft op een baby met het Syndroom van Down. Deze test is bijna volledig terugbetaald, houdt geen risico’s in, maar zal slechts 85% van de baby’s met het Syndroom van Down opsporen. De test stelt dus geen diagnose, geeft u enkel een schatting van uw kans en is bedoeld om het Syndroom van Down en 2 andere chromosomale afwijkingen (tri6

somie 13 en 18) op te sporen. Ze spoort geen andere afwijkingen op. Als deze test zou aantonen dat uw kans verhoogd is, wordt u opgeroepen om verdere onderzoeken, die duidelijkheid kunnen brengen, met u te bespreken. NIPT U kan ook kiezen voor de NIPT test (niet-invasieve prenatale test). Dit is een eenvoudige bloedafname die kan uitgevoerd worden vanaf 11 weken. Bij deze test zal men zoeken naar DNA van de baby dat in het bloed van de moeder is terecht gekomen. Bij deze test kunnen 99,9% van de baby’s met chromosomale afwijkingen zoals het Syndroom van Down (trisomie 21), het Syndroom van Edwards (trisomie 18) en het Syndroom van Patau (trisomie 13) worden opgespoord en kent u ook het geslacht van uw baby. De NIPT test spoort niet alle afwijkingen op, is niet terugbetaald en wordt enkel aangeboden indien bij de 12 weken echo bleek dat uw baby een nekplooi had die niet verdikt was (< 3,5 mm). Bij een verdikte nekplooi van >3,5

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

mm willen we alle chromosomale afwijkingen onderzoeken en dit kan voorlopig enkel door middel van een vruchtwaterpunctie, maar (nog) niet via de NIPT test. Deze test is een persoonlijke keuze en heeft geen enkel risico voor de zwangerschap. Voor meer info en eventuele kosten kan u altijd contact opnemen met de zwangerschapsconsulente op de raadpleging of op T 089 32 75 26. Deze bloedtesten zijn zeker geen verplichting. U bent degene die beslist of u al dan niet wenst om één van de testen te ondergaan. Alles is afhankelijk van uw persoonlijke visie omtrent mentale handicap, recht op leven, zwangerschapsonderbreking, enzovoort. Indien u de bloedtest wenst te ondergaan, laat het dan zeker tijdig weten, zodat precies kan worden bepaald wanneer u deze het best laat uitvoeren. Bent u van oordeel dat u hoe dan ook nooit een zwangerschapsonderbreking zou laten uitvoeren, dan raden wij u

aan de bloedtest NIET te laten uitvoeren. Vruchtwaterpunctie Indien één van bovenstaande testen een afwijkend resultaat aantoont, zal er verder onderzoek worden gedaan om een diagnose te kunnen stellen. Dit zal gebeuren door middel van een vruchtwaterpunctie.

1.4 Bloedverlies

Wat betekent vaginaal bloedverlies in het begin van de zwangerschap? Bloedverlies in de eerste maanden van de zwangerschap kan diverse oorzaken hebben. Veelal is het bloedverlies onschuldig en stopt het vanzelf. In de helft van de gevallen is er sprake van een miskraam. Dit gaat meestal gepaard met pijn zoals bij de maandstonden. Een vaak voorkomende, onschuldige oorzaak van bloedverlies vroeg in de zwangerschap is de ingroei (innesteling) van de bevruchte eicel in de baarmoeder. Ook kan een afwijking aan de baarmoedermond, zoals een

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

7

ontsteking, leiden tot bloedverlies zonder dat dit de zwangerschap beïnvloedt. Deze vorm van bloedverlies treedt nogal eens op na betrekkingen of na (harde) ontlasting. Een zeldzame oorzaak is een buitenbaarmoederlijke zwangerschap. Wat is een miskraam? Een miskraam is het verlies van een vroege zwangerschap. Een miskraam is het natuurlijk beloop van een zwangerschap die in aanleg geen goede zwangerschap was. U kunt zelf niets doen om een miskraam te voorkomen en er is geen behandeling mogelijk. Mogelijke klachten bij een miskraam: • Vaginaal bloedverlies en lichte maandstonden pijn kunnen het eerste teken van een miskraam zijn. Wanneer het zwangerschapsweefsel wordt uitgedreven, door samentrekkingen van de baarmoeder, krijgt u weeënachtige pijn en helderrood bloedverlies. • Een miskraam kan niet worden tegengehouden of worden voorkomen. De pijn en het 8

bloedverlies nemen geleidelijk toe bij een miskraam en wanneer de baarmoeder geheel leeg is, weer af. Wat te doen bij vaginaal bloedverlies in het begin van de zwangerschap? U kunt telefonisch contact opnemen met de vroedvrouw en meestal zult u dan een afspraak krijgen voor het spoedspreekuur de volgende dag. Op dit spoedspreekuur zal dan onderzoek worden verricht, waaronder een echoscopisch onderzoek. Het echoscopisch onderzoek brengt de baarmoederholte en de zwangerschap in beeld. Dit echoscopisch onderzoek verandert echter niets aan de uitkomst van de zwangerschap.

1.5 Trimester 1

Een zwangerschap wordt opgedeeld in 3 trimesters. Het eerste trimester duurt tot en met de dertiende week. Het tweede trimester start vanaf week 14 en eindigt op 27 weken en 6 dagen. Vanaf 28 weken zit u in het derde trimester van uw zwangerschap.

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

Gedurende ieder trimester zijn er enkele specifieke aandachtspunten en onderzoeken die de arts of vroedvrouw met u zal nagaan. Iedere consultatie zal uw gewicht en uw bloeddruk gemeten worden. Indien nodig wordt uw urine gecontroleerd. Ook de hoogte van de baarmoeder zal telkens gemeten worden. Na de bevestiging van de zwangerschap door een bloedafname, wordt een eerste consultatie tussen acht en tien weken bij de gynaecoloog gepland. Naast de gebruikelijke onderzoeken wordt er ook een bloedafname uitgevoerd waarbij uw bloedgroep, rhesusfactor, ijzerreserve en bescherming tegen toxoplasmose (kattenziekte) worden bepaald. De resultaten van de bloedafname worden automatisch doorgegeven aan uw gynaecoloog. Hij of zij zal de resultaten met u bespreken tijdens de volgende raadpleging. Van uitzonderlijke resultaten wordt u tijdig op de hoogte gebracht. Gelieve daarom uw telefoonnummer te vermelden tijdens

de eerste raadpleging en eventuele wijzigingen ervan tijdig door te geven. Daarnaast zal de gynaecoloog een vaginale echo maken. Deze echo wordt pas vanaf 8 weken gemaakt. Hierbij wordt er gekeken hoe ver de zwangerschap is en of er sprake is van een meerling.

Per zwangerschap worden er normaal 3 uitgebreide echografieën gemaakt, één in elk trimester. Deze echo’s worden terugbetaald. Rond de 12de zwangerschapsweek wordt de eerste uitgebreide echo gemaakt. In dit stadium van de zwangerschap is de baby nog klein en kunnen slechts een aantal afwijkingen opgespoord worden.

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

9

1.6 Trimester 2

Vanaf de veertiende zwangerschapsweek zit u in het tweede trimester. Tijdens het tweede trimester komt u op consultatie bij de gynaecoloog rond 16 weken en 25 weken zwangerschap en gebeurt de tweede uitgebreide echo rond 20 weken zwangerschap (screening orgaanafwijkingen). Er zal een tweede bloedafname gebeuren waarbij onder andere het hemoglobinegehalte wordt nagekeken. Griepvaccin Vanaf 14 weken kan een zwangere vrouw zich laten vaccineren tegen de griep. Het griepvaccin tijdens de zwangerschap beschermt ook de baby tijdens de eerste maanden na de geboorte. Het vaccin is niet gratis, maar wordt gedeeltelijk terugbetaald door het ziekenfonds. Screening zwangerschapsdiabetes Tijdens het 2de trimester wordt er gescreend naar zwangerschapsdiabetes door middel van een bloedafname. De opsporing van 10

zwangerschapsdiabetes is aan te bevelen tussen 24 en 28 weken. Door middel van de ‘glucose challenge test’ kan opgespoord worden of er een verhoogd risico is op zwangerschapsdiabetes. Eén uur na het drinken van 50 gram suikeroplossing wordt in het bloed het glucosegehalte gemeten. Men hoeft niet nuchter te zijn op het moment van de test. Indien er vermoed wordt dat er sprake is van zwangerschapsdiabetes zal er nadien een tweede test gebeuren: de ‘orale glucosetolerantietest’. Bij de ‘orale glucosetolerantietest’ wordt er nuchter 100 gram suikeroplossing gedronken. Gedurende vier uur wordt er telkens om het uur bloed genomen. Op die manier krijgt de arts een duidelijk beeld over de verwerking van de grote hoeveelheid glucose door je lichaam. Bij te hoge waarden wordt de diagnose zwangerschapsdiabetes gesteld. Boostrixvaccin Vanaf week 24 tot week 32 kan u zich laten inenten met het combinatievaccin (Boostrix), tegen

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

kinkhoest, tetanus en difterie. Kinkhoest of pertussis is een ernstige, besmettelijke ziekte van de luchtwegen die vooral voor baby’s gevaarlijk is. Het doel van de vaccinatie tijdens de zwangerschap is de antistoffen die de aanstaande moeder aanmaakt door te geven aan de foetus. Deze antistoffen zullen de baby de eerste weken na de geboorte alvast beschermen. U vraagt het voorschrift aan uw gynaecoloog alsook de terugbetalingsdocumenten. Hierna kan u naar de huisarts gaan om het vaccin te laten toedienen. Zwangerschapsoefeningen Op het einde van het tweede trimester kan u beginnen met zwangerschapsoefeningen. Deze zijn aan te raden omwille van 2 redenen: • Ze helpen u de ongemakken aan het einde van de zwangerschap beter op te vangen; • Ze bereiden u via adem- en perstechnieken voor op het proces van arbeid en bevalling.

In overleg met de kinesist zal het aantal sessies bepaald worden. U heeft recht op 9 pre- en postnatale sessies waarbij het ziekenfonds tussenkomt. Het is evenwel geen absolute noodzaak deze oefeningen te volgen. U bent hierin volkomen vrij. Indien nodig kan u een voorschrift voor deze zwangerschapsoefeningen vragen aan uw gynaecoloog.

1.7 Trimester 3

Tijdens het laatste trimester zal de frequentie van de consultaties steeds verhogen. Rond de 30ste zwangerschapsweek gebeurt de laatste uitgebreide echo. Hierbij zal de groei van de baby en de ligging en het functioneren van de placenta worden nagekeken. Groep B streptococcen Tussen week 35 en 37 wordt er een wisser afgenomen om de (groep B) streptokokken op te sporen. Groep B streptokokken (GBS) is een bacterie die kan voorkomen in de vagina en in het laatste deel van de darm. Tijdens je zwangerschap is deze bacterie ongevaarlijk voor jou en je ongeboren baby. Bij een vaginale

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

11

bevalling kan de bacterie echter doorgegeven worden aan je baby en een gevaarlijke infectie veroorzaken (2 op 1000 bevallingen). Daarom worden alle zwangere vrouwen op het einde van hun zwangerschap gescreend op groep B streptokokken. Als deze screening positief is, dan krijgt u tijdens de arbeid een antibioticabehandeling om uw baby tegen de infectie te beschermen. Monitor Vanaf nu komt u regelmatig, op vraag van de arts, naar de raadpleging voor een monitor. Hierbij wordt er een halfuur naar het hart van de baby geluisterd en de weeënactiviteit wordt nagekeken. Aan de hand van dit patroon kunnen de vroedvrouw en de gynaecoloog inschatten hoe uw baby het stelt en of u al dan niet harde buiken heeft.

Na iedere monitor komt u bij uw arts. Hier is geen aparte afspraak voor nodig. Indien er tijdens de zwangerschap problemen zouden optreden, kan de gynaecoloog u laten opnemen op een gespecialiseerde afdeling in dit ziekenhuis. Deze Maternele Intensieve Zorgen (MIC) werkt nauw samen met de afdeling Neonatale Intensieve Zorgen (NIC), hier worden baby’s opgevangen die extra observatie of verzorging nodig hebben na de bevalling.

1.8 Niet medische echo’s

Op uw vraag kan er een bijkomende niet-medische echo gepland worden. Wij bieden 2 types aan: echo geslachtsbepaling en 3D echo. Echo geslachtsbepaling Vanaf de termijn van 15 weken zwangerschap is het geslacht te herkennen, maar nog steeds onder voorbehoud (zie verder de

12

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

factoren die dit kunnen beïnvloeden). Pas op de medische echo op 20 weken kan een geslacht bevestigd worden. Deze echo kost 35 euro. Er is geen tussenkomst van het RIZIV aangezien het gaat om een bijkomende niet-medische echo. Prijs is inclusief een USBstick waar ter plaatse alle beelden en filmpjes op gezet worden. 3D echo Deze echo vindt plaats in het derde trimester van de zwangerschap. Kostprijs bedraagt 50 euro. Er is geen tussenkomst van het RIZIV aangezien het gaat om een bijkomende niet-medische echo. Prijs is inclusief een USB-stick waar ter plaatse alle beelden en filmpjes op gezet worden.

Probeer voor de echo te zorgen dat je baby goed wakker is: • eet voor je naar het ziekenhuis komt • neem frisdrank mee • zorg voor beweging voor de echo (neem de trap,...) • ... De echo’s vinden plaats op G1.25. U mag plaatsnemen op de stoeltjes buiten op de gang. De echografiste zal u persoonlijk komen halen.

De kwaliteit van de echobeelden is sterk afhankelijk van een aantal factoren: • de ligging van de baby • de ligging van de placenta • hoeveelheid vruchtwater • obesitas bij de mama • tweelingzwangerschap • ...

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

13

02

ARBEID & BEVALLING

2.1 Voorbereiding

Rust en kalmte zijn belangrijke factoren tijdens uw zwangerschap, maar ook de voorbereiding op uw bevalling dient rustig te verlopen. Wij raden u aan om ongeveer acht weken voor de bevallingsdatum uw koffer klaar te maken, zodat u ontspannen naar het ziekenhuis kunt komen wanneer de bevalling zich aankondigt. Om u te laten inschrijven heeft u uw identiteitskaart nodig. De map van Kind & Gezin brengt u best mee; deze bevat belangrijke informatie over het verloop van uw zwangerschap en kan door de vroedvrouw verder worden aangevuld. Voor uw verblijf in de verloskamer brengt u het volgende mee: • een gemakkelijk (oud en ruim) T-shirt, nachtkleed,… • pantoffels, eventueel sokken • één handdoek en washandje • toiletgerief • lectuur • druivensuiker

Nadat de baby geboren is, kan uw partner de koffer voor het verdere verblijf op de kraamafdeling gaan halen. Hier heeft u het volgende nodig: moeder: • slaapkledij • kamerjas • pantoffels • slipjes voor elke dag (maandverband is gratis ter beschikking) • (borstvoedings)beha’s (compressen zijn gratis ter beschikking) • toiletgerief • handdoeken en washandjes baby: • kledij (onderhemdjes, pyjama, sokjes, mutsje) • pampers worden gratis ter beschikking gesteld. Vochtige doekjes worden aangerekend. • set van verzorgingsproducten is verkrijgbaar op de kraamafdeling en wordt via de ziekenhuisfactuur verrekend.

2.2 Opname

In de verloskamer zijn er permanent meerdere vroedvrouwen 14

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

aanwezig, zowel overdag, als ’s nachts, om u te verwelkomen en u te omringen met de beste zorgen en aandacht. De gynaecoloog wordt door de vroedvrouw of assistent gynaecologie op de hoogte gebracht van uw opname. Voor een geplande opname tussen 7 en 20.30 uur komt u binnen via de hoofdingang van het ziekenhuis, waar u zich moet aanmelden aan het onthaal. Vermeld hierbij duidelijk dat u in de verloskamer verwacht wordt. Buiten deze uren, in het weekend en in geval van urgenties, komt u steeds binnen via de dienst spoedgevallen. Wanneer komt u naar de verloskamer? • Bij gebroken vliezen, ook als u geen weeën heeft; • Bij regelmatige weeën om de 5 minuten en dit gedurende een uur; • Bij overmatig bloedverlies; • Bij weinig of geen kindsbeweging; • Bij twijfel over uw eigen gezondheid of die van uw baby.

Bij aankomst in de verloskamer zal de vroedvrouw, die u gaat begeleiden, u verwelkomen. U kan zoveel mogelijk op dezelfde vroedvrouw terugvallen met al uw vragen. Zo ontstaat er een band tussen u en uw partner enerzijds en de begeleidende vroedvrouw anderzijds. In de verloskamer kan u reeds aan de vroedvrouw uw voorkeur m.b.t. de kamer doorgeven; eenpersoonskamer (standaard, groot of luxe) of meerpersoonskamer. Hier wordt, afhankelijk van de kamerbezetting op de afdeling, zoveel mogelijk rekening mee gehouden.

2.3 Arbeid

Tijdens de arbeid, die begeleid wordt door een vroedvrouw, verblijft u samen met uw partner (of een andere persoon naar keuze, zoals een familielid of een vriendin) in de arbeidskamer. Gedurende deze periode kan hij/ zij de maaltijd(en) ter plaatse gebruiken. De toekomstige moeder mag wat drinken en eventueel iets licht verteerbaar eten tijdens

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

15

de arbeid; dit omdat de weeën een invloed kunnen hebben op de maag, waardoor de kans op misselijkheid en braken groter is. Het nuttigen van drank en voeding is altijd in overleg met de behandelende gynaecoloog. Om u ook hier optimale begeleiding en voldoende rust te bieden, is er géén bezoek toegelaten. Het is aan te bevelen om vooraf met uw familie af te spreken dat u zal bellen als de baby geboren is. Op deze manier kan de vroedvrouw u in alle rust begeleiden bij de arbeid en tijdens de bevalling. Volgende stappen zullen na de opname gebeuren • u kunt een gemakkelijk T-shirt of nachtkleed aantrekken; • uw urine wordt gecontroleerd; • u wordt in bed geïnstalleerd; • het vaginaal onderzoek wordt uitgevoerd; • eventueel krijgt u een lavementje; • de monitor wordt aangelegd, evenals de bloeddrukmeter; • er wordt een infuus geprikt bij elke zwangere vrouw in arbeid; dit wil NIET zeggen dat er 16





• •

weeënopwekkers zijn toegevoegd; het verloop van uw zwangerschap, eventuele eerdere zwangerschappen en bevallingen, ziektes en dergelijke worden samen met u overlopen; u krijgt informatie over de navelstrengbloedbank; voor meer informatie hierover kan u steeds de vroedvrouw van de raadpleging en de verloskamer aanspreken; eventuele pijnbestrijding zal met u besproken worden; vervolgens zal de gynaecoloog verwittigd worden; hij of zij zal in functie van de gegevens bepalen hoe de arbeid verder dient te worden begeleid.

De functie van de vroedvrouw bestaat erin om u en uw partner op een optimale manier te begeleiden tot aan de bevalling. Tussen het optreden van de eerste contracties en het moment van de bevalling zullen meerdere uren voorbij gaan. Het zullen soms moeilijke momenten zijn en dan is het de vroedvrouw die u met raad en daad zal bijstaan.

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

In normale omstandigheden is de baarmoederhals gesloten. Om de baby te kunnen laten geboren worden, moet de baarmoederhals een ontsluiting hebben van 10 cm. Deze opening ontstaat door de contracties of weeën die aan de bevalling vooraf gaan. Het spreekt dus voor zich dat er goede contracties moeten aanwezig zijn. Indien dit niet het geval zou zijn, kunnen deze contracties opgewekt of versterkt worden door een geneesmiddel toe te dienen via het infuus. In optimale omstandigheden heeft u 3 à 4 contracties per 10 minuten. Om de reactie van de baby bij de contracties te kunnen volgen wordt een monitor aangelegd, die het hartritme van de baby en de contracties registreert. Tijdens de arbeid is het ook belangrijk dat u een goede blaaslediging heeft. Als de blaas niet voldoende leeg is, kan de baby moeilijker indalen in het geboortekanaal. De vroedvrouw zal erop toezien dat u regelmatig kunt plassen. Indien u een epidurale katheter heeft, kan het gebeuren

dat u niet voelt dat uw blaas vol is. In dit geval zal de vroedvrouw uw blaas helpen ledigen door middel van een zeer fijne blaassonde. Dit is volledig pijnloos aangezien u een epidurale verdoving heeft. Na een bepaalde periode, dit kan sterk verschillen van vrouw tot vrouw, zal u 10 cm ontsluiting hebben. De vroedvrouw zal u het verdere verloop van de bevalling uitleggen. Bij elke contractie zal u moeten persen, zodat de baby mooi in het geboortekanaal kan indalen. De vroedvrouw zal u tijdens het persen helpen en tips geven, zodat dit optimaal kan verlopen. Na de geboorte zal bloed van de navelstreng genomen worden om de bloedgroep van uw baby te bepalen. Er wordt evenwel géén bloedgroepkaart meegegeven. Na de geboorte van uw baby zal ook de moederkoek of placenta geboren worden. Vervolgens wordt de eventuele knip gehecht en wordt de epidurale katheter verwijderd.

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

17

Indien de gynaecoloog dit wenst, zal ook de neonatoloog even naar uw baby komen kijken. Het gewicht, de lengte en de schedelomtrek van uw baby zullen worden gemeten. In het bovenbeentje krijgt uw baby een éénmalig spuitje met vitamine K en een oogindruppeling ter preventie van een ontsteking van de oogjes zal worden gegeven. Uw baby wordt voorlopig niet aangekleed. Wij proberen elke baby zo vlug mogelijk na de geboorte ‘skin-to-skin’, ofwel ‘huid-op-huid’, bij de moeder te leggen gedurende minstens één uur. Indien u een keizersnede heeft gehad, kan uw baby ‘skin-to-skin’ bij de papa op de ontblote borstkas worden gelegd.

Dit bijzondere gebeuren heeft een gunstige invloed op de temperatuur, hartslag en bloeddruk van uw baby. Door het nauwe contact met de moeder of vader onmiddellijk na de geboorte, maar zeker ook de dagen erna, is uw baby bovendien veel alerter en zal de voeding vlotter verlopen. Er is rust, warmte en aandacht voor de baby en voor elkaar.

2.4 Pijnstilling tijdens de arbeid

In deze brochure wordt een kort overzicht gegeven van mogelijke pijnbestrijding. Voor meer gedetailleerde informatie betreffende 18

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

de niet-medicamenteuze pijnstilling met niet-morfineachtigen, verwijzen we naar de informatie die uw behandelend gynaecoloog u zal geven. Het is niet nodig dat u bij de opname in de verloskamer al weet welke vorm van pijnbestrijding u verkiest. U kunt stap voor stap in overleg met de vroedvrouw beslissen. Het is ook niet omdat u bij het begin van de arbeid (toen de weeën nog niet zo hevig waren) niets wenste tegen de pijn, dat u hier niet op kunt terugkomen.

• Relaxatieoefeningen op de gymnastiekbal, ook het gebruik hiervan kan u tijdens de prenatale oefeningen aangeleerd worden. De vroedvrouw kan u hier ook wat meer uitleg bij geven. In de arbeidskamer is een brochure aanwezig met foto’s en uitleg over deze oefeningen.

Niet-medicamenteuze pijnbestrijding Er zijn meerdere mogelijkheden: • Ademhalingstechnieken, deze kan u tijdens de prenatale oefeningen reeds leren of u kan ze samen met de vroedvrouw inoefenen. • Relaxatie in het ligbad, indien uw toestand dit nog toelaat, kan u gebruik maken van het ligbad. Dit kan, vooral bij hevige contracties en weinig ontsluiting, zorgen voor een goede pijnbestrijding.

• Voetzoolreflexologie • Andere, beluisteren van muziek, massage,… kunnen

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

19

helpen om de weeën beter te verdragen. Medicamenteuze pijnbestrijding • Niet-morfineachtigen Indien aangewezen zal uw behandelend gynaecoloog u Dafalgan (Paracetamol) en/ of Buscopan(Butylhyoscine) toedienen. • Morfineachtigen Wanneer een epidurale verdoving bij u niet aangewezen is of wanneer u dergelijke verdoving niet wenst, bestaat theoretisch de mogelijkheid om morfineachtige medicatie toe te dienen. Deze manier van pijnverdoving is evenwel minder efficiënt dan een epidurale pijnverdoving en bovendien treden hierbij vaak ongewenste bijwerkingen op, zoals sedatie (slaperigheid) en ademhalingsdepressie (ook bij de baby). Omdat deze manier van pijnverdoving meer nadelen dan voordelen geeft, wordt dit niet aangeboden door de dienst Anesthesie van het Ziekenhuis Oost-Limburg. U kan 20

uiteraard een beroep doen op de hierboven vermelde alternatieven. Epidurale verdoving De epidurale verdoving is een methode voor het toedienen van pijnstillers in de epidurale ruimte, vlak bij de zenuwen die uit het ruggenmerg treden. Dat zijn onder andere de zenuwen die de pijnprikkels van de baarmoeder en de bekkenbodem geleiden. Door het toedienen van pijnstillers wordt de geleiding van pijn geblokkeerd, waardoor de pijn van de weeën wordt verzacht of zelfs helemaal wordt uitgeschakeld. Ook de zenuwen die de spieren van de onderste ledematen bezenuwen, worden gedeeltelijk verdoofd. Bijgevolg kan dus ook de spierkracht in het onderlichaam en de benen tijdelijk afnemen. Het duurt gemiddeld 5 tot 15 minuten vooraleer de verdoving begint te werken. Na het plaatsen van de epidurale verdoving moet u in bed blijven. Tijdens het verdere verloop van de bevalling controleert de vroedvrouw regelmatig de bloeddruk, polsslag en urine-

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

productie. Bovendien wordt er op toegezien dat de pijnstilling voldoende is. Tot slot wordt ook de conditie van uw baby bewaakt via monitoring. Techniek Een epidurale naald wordt door de anesthesist tussen de wervels tot in de epidurale ruimte geplaatst. Dit gebeurt t.h.v. de lenden terwijl de vrouw voorovergebogen zit. Vervolgens wordt een katheter geschoven doorheen de epidurale naald, tot in de epidurale ruimte. De naald wordt daarna verwijderd en de katheter wordt tegen de rug vastgekleefd met pleisters. Gedurende de arbeid en de bevalling worden de verdovingsmiddelen via deze katheter (buisje) toegediend. De patiënt kan dit zelf controleren (via de PCEA, zie hieronder). Zelfcontrole U kan zelf de controle over de pijnstilling behouden door gebruik te maken van een epiduraal pompsysteem (PCEA). PCEA is patiënt gecontroleerde epidurale analgesie: hierbij wordt de pomp aan-

geschakeld op de dunne katheter die onder lokale verdoving werd ingebracht in de epidurale ruimte (via de zogenaamde ruggenprik). De anesthesist zal dus de dosis (hoeveelheid) pijnmedicatie en het tijdsinterval waarop deze mag worden gegeven, op voorhand bepalen, zodat geen overdosis kan worden toegediend. Door het epiduraal pompsysteem kan u tijdens de arbeid en de geboorte een actieve rol spelen. De anesthesist blijft echter dag en nacht bereikbaar voor toezicht en hulp. U moet wel weten dat het inwerken van de epidurale pijnmedicatie enige tijd vraagt. Wanneer de pijn opkomt, wacht u dus best niet totdat de pijn heviger wordt, maar doet u er goed aan onmiddellijk te reageren (duw op het daarvoor voorziene knopje). U moet niet bang zijn dat u te veel pijnmedicatie zou krijgen. De pomp is immers zodanig ingesteld dat een overdosis onmogelijk is. Effect Het doel van een epidurale verdoving is de pijn van de weeën

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

21

te verzachten of zelfs helemaal te laten verdwijnen. Op het hoogtepunt van een wee kan u toch nog wat druk, spanning of een beetje pijn voelen. Het kan zijn dat de benen slap worden of dat u een tintelend gevoel ervaart ter hoogte van de buik en/of de benen. Die symptomen verdwijnen als de verdoving wordt stopgezet. De epidurale pijnstilling heeft bij ongeveer 5% van de vrouwen onvoldoende effect. Dat kan gebeuren doordat het buisje verplaatst is, omdat de verdoving niet sterk genoeg is of omwille van een anatomische afwijking ter hoogte van de epidurale ruimte. Soms is het dus nodig om opnieuw te prikken, op een ander niveau. Voor wie? Een epidurale verdoving wordt gegeven tijdens de arbeid, om de pijn of ongemakken van de weeën op te vangen. Bij een ver gevorderde ontsluiting heeft het toedienen van een epidurale meestal geen zin meer en kan het zijn dat de gynaecoloog en anesthesist, in samenspraak, 22

beslissen om geen epidurale verdoving meer toe te dienen. Er zijn een aantal specifieke medische indicaties waarvoor uw gynaecoloog een ruggenprik zal aanraden: wanneer de arbeid niet vordert, wanneer u tijdens de zwangerschap verhoogde bloeddrukken had, enz. Er zijn ook een aantal medische tegenindicaties. Zo laten stollingsstoornissen, een lokale infectie van de huid ter hoogte van de insteekplaats of een allergie op lokaal verdovende middelen geen epidurale toe. Na bepaalde rugoperaties kan het onmogelijk zijn een epidurale verdoving toe te passen. Afwijkingen van de rug, zoals scoliose of discus hernia, kunnen het plaatsen van een buisje bemoeilijken, maar sluiten dit niet uit. Indien u een afwijking van de rug heeft of een rugoperatie heeft ondergaan, dient u dit op voorhand met uw gynaecoloog te bespreken zodat eventueel voordien advies aan de anesthesist kan gevraagd worden.

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

Risico’s Sommige medicatie gaat door de placenta naar de baby. De medicatie die klassiek door de anesthesist wordt toegediend, blijkt geen negatief effect te hebben op de baby. Voordelen Het grote voordeel is dat de pijn van de weeën wordt verzacht of zelfs helemaal verdwijnt. Dit gaat gepaard met een afname van stress en spanning, met een betere relaxatie tot gevolg. Een bijkomend voordeel is dat, bij een zeer pijnlijke arbeid en bij een traag vorderende ontsluiting, gebruik kan gemaakt worden van stimulerende middelen om de arbeid te versnellen, zonder dat u hierdoor pijn ervaart. Bijwerkingen tijdens de ruggenprik • Onvoldoende pijnstilling: Het kan voorkomen dat de verdoving bij u onvoldoende werkt. Dan kan de anesthesist eventueel nog wat extra verdoving bijgeven of een nieuwe epidurale punctie uitvoeren op een ander niveau.

Vaak voorkomende nevenwerkingen of complicaties • Rugpijn: U kan eventueel last hebben van rugpijn na een ruggenprik. Dit heeft echter niets te maken met de ruggenprik op zich, maar wel met o.a. de houding tijdens de bevalling. U wordt immers in een ‘ongewone’ houding gebracht. Rugklachten verdwijnen meestal na enkele dagen. • Hoofdpijn: Na een ruggenprik kan ook hoofdpijn optreden die zich onderscheidt van ‘gewone’ hoofdpijn doordat de pijn vermindert bij platliggen en verergert bij overeind komen. Meestal verdwijnt deze hoofdpijn spontaan binnen de week. Als de klachten zo hevig zijn dat u het bed moet houden, neemt u best contact op met de anesthesist. Hij zal met u de mogelijkheden bespreken om het natuurlijk herstel te bespoedigen. • Jeuk: Jeuk kan een nevenwerking zijn van het ingespoten medicament, maar kan ook voorkomen als gevolg van een allergische reactie. Beide ge-

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

23

vallen kunnen medicamenteus behandeld worden. Soms voorkomende nevenwerkingen of complicaties • Overgevoeligheidsreacties: Overgevoeligheid voor de gebruikte verdovingsmiddelen komt soms voor. Dit kan zich uiten door benauwdheid en/ of huiduitslag en/of een lage bloeddruk. Behandeling is meestal goed mogelijk. • Toxische reacties: de zenuwen die verdoofd moeten worden lopen vlak bij (grote) bloedvaten. Het is dan ook mogelijk dat er een verdovend medicijn in de bloedbaan terecht komt. Dit uit zich door een metaalachtige smaak, tintelingen rond de mond, een slaperig gevoel, hartritmestoornissen, trekkingen en eventueel bewusteloosheid. Behandeling is meestal goed mogelijk. • Moeilijkheden met plassen: de verdoving via een ruggenprik strekt zich ook uit tot de blaas. Het plassen kan daardoor moeilijker gaan dan normaal. Het kan nodig zijn de 24

blaas met een katheter leeg te maken. • Voorbijgaande neurologische klachten: na een ruggenprik kan u tijdelijke rugpijn ervaren, uitstralend naar beide billen en/of benen. Deze klachten kunnen eenvoudig met medicatie behandeld worden. Zelden voorkomende nevenwerkingen of complicaties • Infectie: zelden treedt een infectie op ter hoogte van de insteekplaats van de ruggenprik of zelfs ter hoogte van het centraal zenuwstelsel (bv. epiduraal abces, hersenvliesontsteking, enzovoort), ondanks het feit dat de ruggenprik onder chirurgisch steriele omstandigheden werd uitgevoerd. De gevolgen hiervan hangen af van de ernst van de infectie en het soort ziektekiem. • Zenuwschade: zenuwschade door rechtstreeks aanprikken van de zenuw tijdens de ruggenprik, is zeer zeldzaam. De symptomen hiervan kunnen variëren, gaande van tintelingen, stoornissen in de huidgevoeligheid, zenuwpijnen

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

of zelfs verlamming van het lidmaat dat door de zenuw(bundel) wordt bezenuwd. De zenuwschade is meestal van tijdelijke - en in slechts zeldzame gevallen van blijvende - aard. De bijwerkingen en eventuele complicaties door de ruggenprik kunnen meestal vlot opgevangen worden en door een goede monitoring tot een minimum beperkt blijven.

2.5 Belangrijke informatie bij de bevalling

Tijdens arbeid en/of bevalling kunnen er verschillende procedures mogelijk worden uitgevoerd. Wij sommen de meest voorkomende procedures even voor u op. Bij de uitvoering van deze procedures primeren steeds het welzijn van u en uw ongeboren kind. KEIZERSNEDE Bij een keizersnede wordt het kind via een incisie of snede in de baarmoeder verlost. Dit gebeurt in ongeveer 20% van alle geboortes. • Voor wie/wanneer? Een keizersnede wordt toegepast wanneer de baby in een slechte

positie ligt (bijvoorbeeld stuitligging) en wanneer het welzijn van de moeder en/of de baby bij een vaginale bevalling niet kunnen gewaarborgd worden. • Wat gebeurt er tijdens de ingreep? De ingreep wordt in het operatiekwartier uitgevoerd in steriele omstandigheden en onder een effectieve verdoving, meestal met een ruggenprik, zelden onder algemene narcose en in aanwezigheid van de partner of de vertrouwenspersoon. Bij een keizersnede is er steeds een kinderarts aanwezig om de baby op te vangen en eventueel eerste zorgen toe te dienen. • Wat gebeurt er na de ingreep? U krijgt steeds uw kindje te zien en u kan het vasthouden voor het met uw partner naar de kamer gaat. • Mogelijke complicaties? Mogelijke complicaties zijn deze die kunnen voorkomen bij elke operatieve ingreep: een bloeding, een infectie, een trombose in de

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

25

bloedvaten. Alle nodige voorzorgsmaatregelen worden genomen om deze te voorkomen. Zelden is een tweede ingreep nodig om een bloeding te controleren of een infectie te beheren. Bij het openen van de baarmoeder kan in uitzonderlijke gevallen de huid van de baby geschaafd worden zodat er een klein oppervlakkig snijwondje is. Dit wordt meestal verzorgd en toegeplakt. In zeer uitzonderlijke situaties dient een hechting geplaatst te worden. Het risico op complicaties is hoger bij overgewicht en als er vroeger buikchirurgie werd toegepast. Na één keizersnede is bij een volgende zwangerschap een vaginale bevalling niet uitgesloten, maar is het risico voor een nieuwe keizersnede groter dan bij een persoon die eerder een vaginale bevalling had. Complicaties zoals problemen met de placenta en het litteken in de baarmoeder nemen toe met opeenvolgende keizersneden, zodanig dat men na twee keizersneden niet meer vaginaal kan bevallen en na drie keizersneden 26

een vierde zwangerschap meestal wordt afgeraden. AFNAME BLOEDSTAAL van de hoofdhuid van uw baby en gebruik van de STAN-monitor Tijdens de arbeid wordt het hartritme van de baby gevolgd en dit om een idee te hebben of de baby de effecten van contracties goed verdraagt. • Voor wie/wanneer? Bij een afwijkend hartritme wil de arts meer informatie verkrijgen over de toestand van de baby. We gebruiken daarvoor een STAN-monitor of nemen een bloedstaal bij de baby. De STAN-monitor wordt steeds gebruikt bij een gecompliceerde zwangerschap (bijvoorbeeld slechte groei van de baby) of gecompliceerde arbeid (bijvoorbeeld meconium in het vruchtwater). • Wat gebeurt er tijdens de ingreep? De STAN-monitor, waarbij een draadje op het hoofd van de baby wordt geplaatst, werkt zoals een EKG-toestel of hartonderzoek bij volwassenen. Het draadje op het

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

hoofd van de baby wordt pas verwijderd als de baby geboren is om geen wondjes te veroorzaken. Een bijkomende manier om meer over de toestand van de baby te weten, is het afnemen van een bloeddruppel van de hoofdhuid van de baby. Hierin bepalen we het zuurstofgehalte. Het verkrijgen van zo’n bloeddruppel gebeurt via een ‘spreider’. Er wordt een krasje gemaakt op de hoofdhuid van de baby en de druppel wordt in een heel fijn buisje opgezogen. Dit onderzoek moet soms na een tijdje herhaald worden afhankelijk van het resultaat van het zuurstofgehalte. • Mogelijke complicaties? Zowel de afname van een bloedstaal als het gebruik van de STAN-monitor zijn onschadelijk voor de baby. Integendeel, de onderzoeken zijn net noodzakelijk om het welzijn van de baby te bepalen. Gebruik van VACUÜMPOMP tijdens de bevalling Wanneer het stadium aangebroken is dat u gevraagd wordt om

te persen, kan het zijn dat uw arts na een tijdje besluit te gaan voor een instrumentverlossing. Hierbij wordt meestal een vacuümpomp gebruikt, zelden een forceps of verlostang. • Voor wie/wanneer? Er wordt een vacuümpomp gebruikt wanneer: (1) u uitgeput geraakt door het persen, (2) de uitdrijvingsfase niet vordert, of (3) de baby de persweeën niet langer verdraagt. • Wat gebeurt er tijdens de ingreep? Er wordt een zuignap op het hoofdje van de baby geplaatst, die de arts toelaat om gecontroleerde tractie uit te oefenen tijdens de perswee en het hoofdje naar de uitgang van het bekken te brengen. Dit gebeurt steeds na toediening van pijnverdoving en na een knip (zie verder). • Mogelijke complicaties? Na het gebruik van de vacuümpomp zal het hoofdje van uw baby een kleine zwelling vertonen, die na enkele uren al bijna verdwenen

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

27

is. Uitzonderlijk ontstaat er een bloeduitstorting in de hoofdhuid. Het uitvoeren van een episiotomie of KNIP Indien de huid aan de uitgang van de vagina te nauw is, kan dit de geboorte van het hoofdje tegenhouden. • Voor wie/wanneer? Wanneer de uitgang te nauw is en de geboorte niet kan plaats vinden zonder extra lang persen en risico op uitgebreide scheuren van de huid, vaginawand en soms zelfs de anale sluitspier, wordt soms beslist om een episiotomie te plaatsen onder goede verdoving. Uw arts besluit tijdens de quasi laatste perswee of een episiotomie noodzakelijk is.

28

• Wat gebeurt er na de ingreep? Na de bevalling wordt de episiotomie of knip in verschillende lagen gehecht. Het hechten gebeurt onder lokale verdoving of onder de epidurale verdoving die u al had. De hechtingen resorberen vanzelf en hoeven dus niet verwijderd te worden. • Mogelijke complicaties? Mogelijke, maar zeer uitzonderlijke, complicaties zijn: loskomen van hechtingen, wondinfectie en bloeduitstorting.

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

03

NAAR DE KRAAMAFDELING

3.1 Het verblijf

Na de bevalling wordt u naar de kraamafdeling gebracht. Indien alles normaal verloopt, zal uw verblijf in het ziekenhuis vanaf opname tot ontslag maximaal 3 nachten bedragen. U heeft de keuze tussen een eenpersoonskamer (standaard, grote of luxe) of een meerpersoonskamer (2 à 3), al dan niet voorzien van een douche. Elke kamer is voorzien van een TV en radio, telefoon, koelkast en persoonlijk spoelsysteem. Voor het gebruik van de telefoon krijgt u op de afdeling een persoonlijke code. Het verschil in prijs tussen de verschillende types van kamers bevraagt u best op voorhand. U kan dit navragen aan loket 7 bij de inschrijvingen. U kan ook best nagaan bij uw hospitalisatieverzekering op welke tegemoetkomingen u recht heeft. U zal geïnstalleerd worden op uw kamer, waar u de nodige uitleg krijgt van de vroedvrouw. Zij zal ook regelmatig uw parameters en bloedverlies komen controleren, zeker tijdens de eerste uren na de

bevalling. Uw baby wordt niet onmiddellijk gewassen om afkoeling te vermijden en om zijn voedende, beschermende huidsmeer de kans te geven om opgenomen te worden door de huid. Tijdens uw verblijf kan u zichzelf regelmatig spoelen met behulp van het daarvoor voorziene spoelsysteem, zeker na elk toiletbezoek. Als u op een eenpersoonskamer verblijft, kan uw partner blijven overnachten en maaltijden nuttigen. Hiervoor wordt een bedrag van 22 euro per dag aangerekend. Indien uw partner enkel blijft overnachten, wordt er een bedrag van 5 euro per nacht aangerekend. De verzorging van uw baby zal u aangeleerd worden door de vroedvrouwen/verpleegkundigen. Ook begeleiden zij u bij het voeden van de baby. Bij vragen of twijfels kan u altijd een beroep op hen doen. Meer informatie over de verzorging van uw baby en uzelf, vindt u in de brochure

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

29

‘Proficiat’ die u op de afdeling zal ontvangen. Rooming-in wilt zeggen dat moeder en kind dag en nacht bij elkaar op de kamer blijven. Door de voortdurende nabijheid leert u uw baby beter kennen. U leert tijdig reageren op de signalen van uw baby, bijvoorbeeld als deze behoefte heeft aan lichaamscontact of honger heeft. Daarom blijven moeder en kind vanaf de geboorte samen op de kamer; indien nodig biedt de vroedvrouw/verpleegkundige hulp aan. Slechts een medische reden kan moeder en kind scheiden. Dagelijks zal uw gynaecoloog of de vervangende arts bij u langskomen. De kinderarts zal ook dagelijks langskomen, en zal uw baby kort na de geboorte en vlak voor het ontslag volledig onderzoeken. Kinesisten en diëtisten bezoeken elke dag de afdeling. Indien u vragen heeft voor hen of meer inlichtingen wenst, dan laat u dit best weten aan de vroedvrouw/verpleegkundige. 30

Ook de regioverpleegkundige van Kind & Gezin zal even binnenspringen op de kraamafdeling. Zij maakt u wegwijs in de diensten van Kind & Gezin en regelt alvast een afspraak om bij u thuis op bezoek te komen. Dit is echter geen verplichting. In uw eigen vertrouwde omgeving kunnen dan al uw vragen over de verzorging en opvoeding van uw baby rustig beantwoord worden. Bij een kort verblijf op de afdeling kan het zijn dat deze verpleegkundige niet langs is geweest als u naar huis vertrekt, maar de verpleegkundigen van de afdeling zullen er dan voor zorgen dat de nodige gegevens doorgegeven worden, zodat Kind en Gezin op huisbezoek kan komen indien u dit wenst. Vroedvrouw aan huis U kan na uw verblijf in het ziekenhuis beroep doen op een vroedvrouw aan huis voor verdere zorg en begeleiding. De vroedvrouw staat in voor de voortzetting van de zorgen die moeder en kind krijgen tijdens het verblijf in het ziekenhuis. U heeft recht op 12 dagen begeleiding. Alle zelfstandige vroedvrouwen en vroedvrou-

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

wen van het Wit-Gele Kruis uit uw regio kan u terugvinden op de website www.vroedvrouwen.be. Het is aan te raden om reeds tijdens uw zwangerschap contact op te nemen met een vroedvrouw. U heeft ook de mogelijkheid om kraamzorg aan huis te vragen. Een kraamverzorgende kan begeleiden bij de verzorging en voeding van de baby, en helpen in het huishouden, zodat u de tijd krijgt om verder te herstellen en te wennen aan de gewijzigde gezinssituatie. U dient kraamhulp geruime tijd vóór uw bevalling aan te vragen. De bijdrage voor kraamhulp is meestal afhankelijk van het gezinsinkomen. Contacteer uw mutualiteit voor eventuele tegemoetkomingen.

3.2 De voeding van uw baby

Welke voeding kies ik voor mijn baby? Een vraag waar u al tijdens uw zwangerschap mee bezig bent. Dit wordt uitgebreid met u besproken. Het is in ieder geval belangrijk dat u de keuze zelf maakt en niet uw omgeving. Wij respecteren flesvoeding, maar

stimuleren het geven van borstvoeding.

Het ziekenhuis streeft de tien vuistregels voor het welslagen van borstvoeding na, zoals bepaald door de Wereldgezondheidsorganisatie en UNICEF. Eveneens wordt de gedragscode gerespecteerd, waardoor het ziekenhuis er zich toe verbindt om geen promotiemateriaal voor vervangingsmiddelen, flessen en (fop)spenen aan te nemen en te verdelen.

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

31

Borstvoeding is de ideale manier om uw kindje te voeden. Moedermelk bevat waardevolle voedings- en afweerstoffen die uw baby nodig heeft voor zijn groei, ontwikkeling en gezondheid. De moedermelk van de eerste dagen na de geboorte, ook het colostrum genoemd, bevat grote hoeveelheden beschermende stoffen. Het wordt aangeraden om uw baby direct aan de borst te leggen, of toch zeker binnen het uur na de bevalling, zonder het huidcontact met uw baby na de geboorte te onderbreken. Uw baby zal zo sneller herstellen van de stress van de bevalling en beter aan de borst drinken. Door vervolgens frequent te voeden, zonder beperkingen in tijdsduur of het aantal keren (ook ’s nachts) komt de voeding vlot op gang. Borstvoeding biedt uw baby: • Een zekere bescherming tegen ziekten en infecties dankzij de aanwezigheid van antistoffen. • Een ideale samenstelling van voeding die volledig afgestemd is op de behoeften van uw baby. 32

• Een gunstige invloed op de rijping en ontwikkeling van de hersenen door de aanwezigheid van vetzuren. • Minder kans op allergieën, overgewicht en diabetes. • Een voeding die licht verteerbaar is, waardoor minder maag- en darmproblemen optreden. • Een zachtere stoelgang. • Een betere ontwikkeling van mond- en kaakspieren. Ook moeders profiteren van het geven van de borst: • Uw baarmoeder komt sneller terug tot normale grootte, waardoor het bloedverlies in de kraamperiode vermindert. • Een opbouw van een sterke band met uw baby. • Uw oorspronkelijk gewicht wordt sneller bereikt. • Minder risico op de ontwikkeling van borst- en eierstokkanker voor de menopauze. • Een kleinere kans op osteoporose op langere termijn. Moedermelk is daarenboven gratis, altijd beschikbaar en altijd op de juiste temperatuur. Na de

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

opstartperiode is het vaak erg gemakkelijk en praktisch om te geven. Er wordt naast borstvoeding géén bijvoeding gegeven (zoals water, thee of een enkele flesvoeding), tenzij er sprake is van een medische noodzaak. Wanneer het maagje van uw baby vol zit met bijvoeding zal hij langer wachten om een volgende voeding te vragen. Daarenboven gaan uw borsten minder melk produceren als er bijvoeding gegeven wordt. Tot de leeftijd van 6 maanden heeft een baby alleen maar moedermelk nodig: ideaal is uitsluitend borstvoeding! Het wordt afgeraden om uw baby een (fop)speentje aan te bieden, alvast tot de borstvoeding goed op gang gekomen is, minstens 4 tot 6 weken, en de baby een goede drinktechniek heeft ontwikkeld. Zuigen op een fopspeen of speentjes van flessen kan tepel-zuigverwarring veroorzaken met als gevolg een verkeerde zuigtechniek aan de borst, en er kan een voedingsmoment gemist worden.

De 10 vuistregels voor het welslagen van de borstvoeding: 1. Een goed borstvoedingsbeleid 2. Deskundige begeleiding 3. Voorlichting aan aanstaande ouders 4. Onmiddellijk huidcontact en eerste borstvoeding vlak na bevalling 5. Goed aanleggen en melkproductie in stand houden 6. In principe geen bijvoeding 7. Moeder en kind bij elkaar 8. Borstvoeding op verzoek 9. Geen (fop)speen 10. Samenwerking met borstvoedingsgroepen

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

33

04

PARTNER

Als partner is het niet altijd even gemakkelijk om u betrokken te voelen bij het hele gebeuren rond de zwangerschap. Belangrijk is dat u steeds open communiceert met elkaar over deze gevoelens. Om zoveel mogelijk betrokken te zijn bij zowel de zwangerschap als bevalling, zijn er enkele dingen die u als partner kan doen. Zo kan u tijdens de zwangerschap met uw partner meegaan naar de consultaties bij de vroedvrouw of gynaecoloog. Door regelmatig tegen uw baby in de buik te praten of zachtjes over de buik te aaien, werkt u reeds aan een hechte band. Tijdens de arbeid kan u uw partner masseren. Daarnaast kan u samen met haar de pijn van de weeën wegpuffen. Haar hoofd verkoelen met een fris washandje kan deugd doen. In samenspraak met uw partner kan u foto’s maken tijdens de arbeid en de bevalling. Wanneer het eigenlijke persen begint, kan u het hoofd van uw partner ondersteunen.

34

Als u dit wenst, kan u in samenspraak met uw partner, het hoofdje van uw baby zien geboren worden. Eenmaal uw kindje ter wereld is, wordt aan u gevraagd om de navelstreng door te knippen. Vraag gerust aan de vroedvrouw om hiervan een foto te maken. Terwijl de vroedvrouw uw kindje de eerste verzorging toedient, kan u dit ook meevolgen en filmen of fotograferen. Naar aanleiding van de geboorte van uw kind heeft u als vader recht op vaderschapsverlof. Ongeacht het arbeidsregime waarin uw bent tewerkgesteld (voltijds of deeltijds) heeft u recht op tien dagen afwezigheid van het werk. Deze dagen mogen vrij worden gekozen binnen vier maanden, te rekenen vanaf de dag van de bevalling.

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

05

VARIA

Wenst u meer informatie rond zwangerschap, bevalling en kraamperiode, dan kan u reeds in het begin van de zwangerschap een afspraak maken voor een gesprek met onze vroedvrouw. Aan het einde van de zwangerschap kan u naar de zwangerschapsinfoavond komen. U kan hierover steeds meer informatie vragen aan de balie van de raadpleging gynaecologie, of aan de gynaecoloog. Wanneer u voor de eerste maal zwanger bent, worden deze gesprekken zeker aangeraden. Op regelmatige tijdstippen worden in het ziekenhuis informatieavonden georganiseerd door Kind & Gezin rond zwangerschap en bevalling, borstvoeding en de verzorging van uw baby. Deze data zijn terug te vinden via de ZOL-website. Neem zeker ook een kijkje op onze website: www.zol.be/verloskunde. Hier kan u heel wat informatie nog eens rustig nalezen.

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

35

06

TOT SLOT

Graag zetten we nog even alles op een rijtje door middel van een handige checklist, zo kan u alles voorbereiden om uw zwangerschap en bevalling zo vlot mogelijk te laten verlopen:

36

Wat?

Wanneer tijdens de zwangerschap

Uitleg

Kinderopvang/ kribbe/ crèche

Best zo snel mogelijk

Administratie in orde brengen voor ziekenhuis-opname bij de bevalling

Vanaf 13w

Gelieve u te wenden tot de dienst inschrijvingen (locatie Z0.10). Zij brengen uw administratie voor opname in orde. U krijgt daar ook meer uitleg betreffende uw kamerkeuze, de opnameverklaring, financiële informatie en u ontvangt de onthaalbrochure van ons ziekenhuis.

Griepvaccin

Vanaf 14w

Indien u zwanger bent tijdens het griepseizoen, kan u zich laten vaccineren tegen de seizoensgriep. Dit kan vanaf het 2de zwangerschapstrimester.

Kraamhulp

Vanaf 20w

Het is aan te raden om u te bevragen bij uw mutualiteit en/of verzekering i.v.m. kostprijs.

Kinkhoestvaccin (boostrix)

Tussen 24 - 32w

U laat best dit vaccin zetten door uw huisarts. Ook uw partner laat best dit vaccin zetten bij de huisarts voor de geboorte van de baby. De vaccins worden zowel voor uzelf als voor uw partner volledig terugbetaald.

Suikertest

Tussen 26 - 31w

Deze test wordt bij alle zwangeren uitgevoerd om zwangerschapsdiabetes op te sporen.

Aanvraag kraamgeld

Vanaf 26w

Normaal wordt het kraamgeld aangevraagd via het werk van de papa. Is dit om bepaalde redenen niet mogelijk, dan moet het kraamgeld via het werk van de mama worden aangevraagd. Wanneer beiden niet mogelijk zijn, kan dit gebeuren via de dienst voor uitkeringen. Zorg dat u tijdig de nodige documenten aanvraagt (bij de werkgever van papa/mama of bij de dienst uitkeringen) zodat u deze kan meenemen op consultatie bij de gynaecoloog, zo kan hij of zij de documenten invullen.

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

OK

Wat?

Wanneer tijdens de zwangerschap

Uitleg

Erkenning van de baby

Vanaf 26 w

Indien u niet gehuwd bent, kan u samen met uw partner de baby gaan erkennen. Dit kan u doen op het gemeentehuis van uw woonplaats. In sommige gemeentehuizen kan de erkenning ook al voor 26 weken zwangerschap gebeuren. Indien u gehuwd bent, moet u enkel uw baby gaan aangeven na de geboorte. Het erkenningsbewijs of trouwboekje dient u mee te nemen wanneer u de baby gaat aangeven na de geboorte.

Zwangerschaps-oefeningen

vanaf 26 w

U kan deze oefeningen doen onder begeleiding van een kinesist. Ze helpen u om de ongemakken op het einde van de zwangerschap op te vangen en bereiden u voor op arbeid en bevalling.

Vroedvrouw voor verdere opvolging thuis van uzelf en uw baby (na ontslag uit het ziekenhuis)

Rond 30 w

Het is aan te raden reeds tijdens de zwangerschap contact op te nemen met een zelfstandige vroedvrouw of een vroedvrouw van het Wit-Gele Kruis. Een lijst met vroedvrouwen kan u terugvinden op www.vroedvrouwen.be

Toestemmingsformulier bevalling (informed consent)

In deze brochure krijgt u meer uitleg over arbeid en bevalling en de mogelijke complicaties. Graag toestemmingsformulier ondertekend meebrengen naar één van de momenten dat u op raadpleging komt.

Bij geplande keizersnede

U mag de dag voor de ingreep bellen naar 089 32 50 55 om te informeren om hoe laat u moet binnenkomen.

Inplannen afspraak nacontrole

Vanaf 26 w

OK

+/- 6 weken na de bevalling zou u op nacontrole moeten gaan bij de gynaecoloog. boek nu best al deze afspraak in, dit kan telefonisch via het afsprakenbureel op het nummer 089 32 51 51.

Indien u zich tijdens uw zwangerschap of tijdens het verblijf in het ziekenhuis zorgen maakt, rondloopt met twijfels of vragen heeft, aarzel dan niet om ons hierover aan te spreken. Wij wensen u en het hele gezin alvast een fijne zwangerschap, een vlotte bevalling en veel geluk.

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

37

De gynaecologen en het verloskundig/verpleegkundig team • Raadpleging Gynaecologie: 089 32 75 21 of 089 32 75 23 • Vroedvrouw van de raadpleging: 089 32 75 26 • Verloskamer: 089 32 75 85 • Materniteit: 089 32 76 06 • Patiëntenbegeleiding: 089 32 16 66 • Psychologe: 089 32 56 85

38

Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even

NOTITIES

Brochure: BR0187 - Zwangerschap en bevalling - nog even l Ziekenhuis Oost-Limburg

39

www.ZOL.be www.facebook.com/ZOLzh www.twitter.com/ZOLziekenhuis www.youtube.com/user/ZOLziekenhuis Schrijf u in op onze nieuwsbrief via www.zol.be.

BR0187

View more...

Comments

Copyright � 2017 NANOPDF Inc.
SUPPORT NANOPDF